Terwijl het aantal doden als gevolg van terrorisme wereldwijd de afgelopen vijf jaar is gedaald, is het aantal doden in Afrika bezuiden de Sahara gestegen, waardoor het nu het mondiale epicentrum van aanslagen is, aldus het UNDP-rapport, dat verwijst naar een jaarlijks onderzoek dat de Global Terrorism Index wordt genoemd.

In landen van Oost- tot West-Afrika hebben islamitische militante groeperingen grote delen van het grondgebied overgenomen, waardoor miljoenen mensen op de vlucht zijn geslagen, het vertrouwen in de democratische regering is aangetast en op grote schaal honger is ontstaan.

De Sahel-regio is het zwaarst getroffen, nu groepen die banden hebben met Al Qaeda en Islamitische Staat hun aanvallen uitbreiden in een van de armste regio's ter wereld.

Uit het UNDP-rapport blijkt dat 25% van de vrijwillige rekruten voor dergelijke groepen als voornaamste reden om zich aan te sluiten een baan noemt, terwijl 22% aangeeft zich bij familie en vrienden te willen aansluiten en 17% religieuze ideeën aanhaalt.

Tegelijkertijd zei bijna de helft van de respondenten dat er een "kantelpunt" was dat hen ertoe aanzette zich aan te sluiten, zoals het doden of arresteren van familieleden door de veiligheidstroepen van de staat.

"Het sociale contract tussen staten en burgers moet nieuw leven worden ingeblazen om de onderliggende oorzaken van gewelddadig extremisme aan te pakken", aldus UNDP-bestuurder Achim Steiner.

"Veiligheidsgerichte reacties op terrorismebestrijding zijn vaak duur en weinig effectief."

De studie is gebaseerd op interviews met meer dan 2000 personen in Burkina Faso, Kameroen, Tsjaad, Mali, Niger, Nigeria, Somalië en Soedan, aldus het UNDP.

Onder hen waren meer dan 1.000 voormalige strijders die werden geïnterviewd in detentiecentra, gevangenissen en rehabilitatie- of gemeenschapscentra, aldus het UNDP. De andere 1.000 geïnterviewde personen vormden een controlegroep uit dezelfde gemeenschappen, zodat de antwoorden van de voormalige rekruten konden worden vergeleken met die van mensen met dezelfde achtergrond.

Het opleidingsniveau van de rekruten was laag en het wantrouwen in de overheid groot, aldus het rapport.

In plaats van een gemilitariseerde aanpak werd in het rapport aanbevolen meer te investeren in kinderwelzijn, onderwijs en goede bestaansmiddelen om gewelddadig extremisme tegen te gaan en te voorkomen.

Een extra jaar onderwijs vermindert de kans op vrijwillige rekrutering voor extremistische groeperingen met 13%, aldus het rapport.

De Global Terrorism Index wordt opgesteld door de denktank Institute for Economics and Peace, die zijn gegevens ontleent aan de Terrorism Tracker-database van Dragonfly, een particuliere veiligheids- en inlichtingendienst.