Afgelopen oktober kondigde Stellantis-baas Carlos Tavares met veel tamtam de oprichting aan van de joint-venture Leapmotor International (waarin Stellantis 51 % bezit) met het Chinese Leapmotor, en zijn verwerving van een belang van 21 % in laatstgenoemde. Theoretisch is deze operatie bedoeld om de massale instroom van goedkope EV's uit China, met name van BYD en MG, tegen te gaan. Een ander uitgesproken doel is om te concurreren met Dacia, het Roemeense budgetmerk van de Renault-groep.

Vorige week kondigde Stellantis aan dat de joint-venture in september zijn eerste modellen in Europa zou gaan verkopen, tegen bodemprijzen (rond de 20.000 €). Relatief onbekend op het continent, mikt de groep op een gelijktijdige lancering in negen landen (Frankrijk, Italië, Duitsland, Nederland, Spanje, Portugal, België, Griekenland en Roemenië), ondersteund door een netwerk van 200 distributeurs, dat tegen 2026 moet worden uitgebreid naar 500. De joint-venture zal vervolgens de rest van de wereld in het vizier nemen, en met name Zuid-Amerika, het Midden-Oosten, Afrika en Zuidoost-Aziëc, waarbij de Verenigde Staten zorgvuldig worden vermeden.

Die entree zal niet onopgemerkt blijven. Ten eerste omdat het ingaat tegen beleid dat gericht is op het behoud van de auto-industrie van het continent. Vorige herfst startte de Europese Commissie een onderzoek naar oneerlijke concurrentie naar aanleiding van de subsidies die Beijing aan zijn autofabrikanten verleent, en zei de tarieven op deze importen te willen verhogen. Maar als Leapmotor International zijn modellen in Europa assembleert (Polen wordt overwogen), kan de joint-venture deze beschermende maatregelen gemakkelijk omzeilen.

Ten tweede omdat het zijn medefabrikanten in gevaar brengt. Beperkt door arbeidskosten en hun afhankelijkheid van lithium, zullen Europese autofabrikanten niet in staat zijn om de Chinese prijzen te evenaren, zelfs niet met de beste wil. En de subsidies die Brussel verleent, zullen het verschil niet kunnen compenseren.

Om eerlijk te zijn tegenover Stellantis, is het concern niet de enige autofabrikant die "met de vijand heult". Zo onthulde het Duitse Volkswagen afgelopen juli zijn voornemen om meer dan 600 miljoen euro te investeren in de Chinese fabrikant XPeng.

Er blijven echter een aantal vragen: zodra de wolf de schapenstal is binnengeraakt, zal hij in staat zijn om onderscheid te maken onder de schapen? Of zullen de Stellantis-schapen een donkere huid aantrekken om mee te doen aan het feest?

Dessin leapmotor stellantis loup bergerie constructeur VE
Illustratie door Amandine Victor