(ABM FN-Dow Jones) De euro noteerde vrijdag in een iets kalmere markt boven de 0,98 dollar.

"Als die relatieve kalmte kans krijgt te bestendigen, heb je kans dat de euro weer richting pariteit koerst", aldus valutaspecialist Georgette Boele van ABN AMRO vrijdag tegen ABM Financial News. "De krachtige beweging in de valutamarkten zat eerder nog in het dollar/yen-paar, maar daar gebeurt na de recente interventie door de Bank of Japan nu niets meer en is de activiteit verschoven naar de euro/yen", aldus Boele.

Het belangrijkste punt van aandacht is wat Boele betreft het onderhoud van de Britse premier Liz Truss en de Britse minister van financiën Kwasi Kwarteng met het Office for Budget Responsibility’s. Deze stap wordt in de markt als hoogst ongebruikelijk gezien en lijkt veel te maken te hebben met de nog niet bestreden onrust die rondom het Britse pond ontstond na de belastingplannen die het ministerie van financiën vorige week vrijdag presenteerde.

De recente diepe val van het pond lijkt in de ogen van ABN AMRO op die van een valuta van een opkomende markt en niet op die van een G10 land. Maar er gloren lichtpunten voor de Britse munt. "Hoewel de beleidsmix uiterst ongunstig is voor het Britse pond zijn er ook enkele factoren die het pond kunnen ondersteunen. Om te beginnen is de Bank of England een sterke, onafhankelijke instelling die de hogere inflatie zal blijven bestrijden. Het vooruitzicht van stevige renteverhogingen zal het effect van de aangekondigde begrotingsmaatregelen waarschijnlijk temperen", aldus Boele.

Nog een diepe val van het pond zou volgens Boele slecht nieuws zijn. "Dat is een situatie die het Verenigd Koninkrijk zich niet kan veroorloven. Zolang de Bank of England doet wat ze moet doen en de markt daar vertrouwen in heeft, zal een nieuwe diepe val waarschijnlijk worden vermeden. Wij denken dan ook dat de Bank of England uiteindelijk in staat zal zijn een bodem onder het Britse pond te leggen", aldus Boele.

"De recente daling van het Britse pond vond op een moment plaats dat de financiële markten al in een risk-off modus zaten. De zwakte van het pond was dus ook deels te wijten aan de vraag naar de Amerikaanse dollar als veiligehavenmunt. Wanneer de financiële markten enigszins tot rust komen, zal de vraag naar de dollar lager zijn, ook ten opzichte van het Britse pond", aldus de specialist van ABN AMRO vrijdag.

Verder is de situatie in de eurozone volgens de valutaspecialist ook niet gunstig. "De eurozone zit midden in een energiecrisis, stevent af op een recessie en de ECB heeft weinig ruimte om de economie te steunen, afgezien van inflatiebestrijding. De extreemrechtse overwinning van de verkiezingen in Italië, met de daarmee gepaard gaande toegenomen beleidsonzekerheid, maakt de  situatie nog negatiever voor de euro. Kortom, de situatie in het VK mag dan zeer ongunstig zijn, de situatie in de eurozone is  ook zeer uitdagend", aldus Boele.

"Wij verwachten dat de euro het in de komende maanden beter zal doen dan het Britse pond, maar wij achten het onwaarschijnlijk dat de euro boven het hoogtepunt van 0,95 van maart 2020 uitkomt. Voor het pond ten opzichte van de dollar denken wij dat de daling te ver is gegaan, maar zolang de financiële markten risicomijdend blijven, is er waarschijnlijk ook niet veel ruimte voor het Britse pond om te herstellen", aldus Boele.
 
Gelet op het bovenstaande heeft de bank de prognoses voor het Britse pond ten opzichte van de Amerikaanse dollar en de euro naar beneden bijgesteld. "Wij verwachten enige opwaartse beweging voor de euro ten opzichte van het pond en enig herstel van het pond ten opzichte van de Amerikaanse dollar door een geringere vraag naar veiligehavenmunten als de markten tot rust komen. Als zodanig verwachten wij ook dat de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar zal herstellen van deze niveaus onder pariteit", zei Boele.

Voor de euro gaat ABN AMRO nu uit van een koers van 0,91 aan het einde van dit jaar en van 0,92 pond eind 2023. Eerder ging de bank uit van respectievelijk 0,85 en 0,88 pond.

De Fransen maakten vrijdag een daling van de consumentenprijzen over september bekend van 0,5 procent op maandbasis. De prognose duidde op een afname van deze prijzen met 0,1 procent. Op jaarbasis bleef de inflatie met 5,6 procent onder de verwachting van 6,1 procent en de inflatie van 5,8 procent in augustus. De cijfers zijn op een voorlopige basis.

De Britten maakten over het tweede kwartaal een groei van de economie op kwartaalbasis bekend van 0,2 procent, terwijl in de voorlopige metingen een min werd vastgesteld van 0,1 procent.

De Duitse werkloosheid bleef stabiel op 5,5 procent in september.

De consumentenprijzen in de eurozone zijn in september met 10,0 procent gestegen. In augustus was de prijsstijging nog 9,1 procent. De kerninflatie, voor de ECB een belangrijke graadmeter, bedroeg in september 4,8 procent op jaarbasis. Dit was in augustus 4,3 procent. Deze data overstegen de prognoses van 9,7 procent voor de inflatie en 4,7 procent voor de kerninflatie op jaarbasis. Op maandbasis stegen de prijzen met 1,2 procent en de kernprijzen met 1,0 procent.

Verder komen vanmiddag in de Verenigde Staten ook inflatiecijfers naar buiten, samen met de inkomens  en bestedingen in augustus, gevolgd door de inkoopmanagersindex van Chicago voor september en de vertrouwensindex van de universiteit van Michigan in een definitieve versie.

Sprekers zijn vrijdag bestuurder van de Federal Reserve Michelle Bowman, bestuurder van de Europese Centrale Bank Isabel Schnabel over inflatiebestrijding en de voorzitter van de Fed van Richmond Thomas Barkin.

De euro noteerde vrijdag 0,2 procent hoger op 0,9837 dollar. De Europese munt noteerde 0,6 procent lager op 0,8773 Britse pond. Het Britse pond steeg vrijdag 0,8 procent en noteerde op 1,1214 dollar.

© ABM Financial News; info@abmfn.nl; Redactie: +31(0)20 26 28 999; Disclaimer