Onder druk van de VS heeft de Nederlandse regering sinds 2018 het grootste bedrijf van het land, maker van halfgeleiderapparatuur ASML Holdings NV, geen vergunningen verleend om zijn meest geavanceerde machines naar China te verschepen, omdat ze worden beschouwd als apparatuur voor "tweeërlei gebruik" met mogelijke militaire toepassingen.

De in oktober aangekondigde nieuwe Amerikaanse exportbeperkingen voor chipapparatuur gaan verder dan de internationaal overeengekomen definities van dual use-apparatuur.

"We voeren momenteel besprekingen met de VS, die uiteraard hun unilaterale maatregelen hebben aangekondigd", zei Schreinemacher tegen verslaggevers in Brussel.

"Ik kan niet echt zeggen wat voor Nederland aanvaardbaar zou zijn. Wij wegen uiteraard onze eigen belangen af. Ons nationale veiligheidsbelang is van het grootste belang."

Hoewel ASML machines in Europa worden gemaakt met weinig Amerikaanse onderdelen, zei de Amerikaanse minister van Handel, Gina Raimondo, op 3 november dat zij verwacht dat geallieerde landen, waaronder Nederland, het Amerikaanse beleid zullen volgen.

"Wij delen de zorgen die zij (de Amerikaanse regering) hebben als het gaat om China, als het gaat om veiligheid," zei Schreinemacher.

"Nu al worden onze bedrijven geschaad door die (eerdere) exportbeperking, maar ik denk om de juiste redenen, zoals ik al eerder zei, vanwege nationale veiligheidsbelangen."

ASML had in 2021 meer dan 2 miljard euro (2,08 miljard dollar) omzet naar China, of ongeveer 16% van haar totaal. Op 11 november bagatelliseerde CEO Peter Wennink de impact van een mogelijk volledig exportverbod door te zeggen dat het de groei van ASML tot 2030 niet zou beïnvloeden als het zou gebeuren.

Op de G20-conferentie in Bali riep de Chinese president Xi Jinping de Nederlandse premier Mark Rutte op zich te verzetten tegen "de politisering van economische en handelskwesties".

($1 = 0,9600 euro)