Zoals we al aangaven in Lufthansa: de wet van de reeksen, is de koers van het aandeel van de Duitse maatschappij, in tegenstelling tot zijn vliegtuigen, in dertig jaar nergens heen gegaan.

Ondanks deze slechte geschiedenis, of misschien juist daardoor, is Lufthansa nu vastbesloten om de Europese sector te consolideren, die nog steeds te gefragmenteerd en erg competititef is, vergelijkbaar met wat we bijvoorbeeld zien bij telecom-operatoren.

Eergisteren vernamen we dat de maatschappij stappen zet om een vijfde van het kapitaal van het Portugese TAP te verwerven. Dat nieuws volgt enkele weken na het groene licht van de Europese Commissie voor de overname van ITA, het voormalige Alitalia, en toont aan dat de ambities van Lufthansa onverminderd zijn.

Deze ontwikkelingen brengen ons bij de waardering van de groep, die tweederde van zijn omzet haalt uit passagiersvervoer, een vijfde uit onderhoud via zijn dochteronderneming Lufthansa Technik, en een tiende uit vrachtvervoer.

Technik is de onbetwiste parel van de kroon: bescheiden maar stabiele winstgevendheid, trage maar duurzame groei, aanzienlijke marktaandelen met bijna 20 % van de wereldwijde civiele vliegtuigvloot onder contract, enzovoort.

Tijdens de pandemie, in volle noodsituatie, werd een volledige of gedeeltelijke verkoop van de dochteronderneming overwogen. Het fonds Bain Capital was toen bereid een cheque uit te schrijven voor een bedrag gelijk aan vijftien keer de operationele winst van Technik, oftewel 8 miljard €.

Deze prijs moet worden vergeleken met de huidige ondernemingswaarde van Lufthansa als geheel, die dicht bij 13 miljard € ligt. Dit laat een veelvoud van drie keer hun operationele winst over voor de andere entiteiten van de groep.

In dit licht is het niet moeilijk om een eerlijke waarde te zien die twee tot drie keer hoger ligt voor het gehele geconsolideerde bedrijf, vooral met een aandeel dat terugkeert naar een koersniveau op zijn historische dieptepunten.

Hoewel de raad van bestuur op het laatste moment terugdeinsde toen de verkoop van Technik werd overwogen, zal het onderwerp zeker opnieuw op tafel komen als Lufthansa zijn consolidatiehonger in de sector intact houdt — aangezien dit gefinancierd moet worden.

Zonder de deplorabele fundamenten van de activiteit uit het oog te verliezen, vooral in Europa waar de markt chronisch overcapaciteit heeft en waar de spoorwegen robuuste alternatieven bieden, zouden liefhebbers van beursstunts dus alert moeten blijven.