De Britse energietoezichthouder Ofgem heeft dinsdag vijf nieuwe onderzeese energieverbindingen goedgekeurd die naar eigen zeggen het enorme potentieel van de Noordzeewind verder zouden benutten en miljoenen huizen van stroom zouden kunnen voorzien.

De goedgekeurde projecten omvatten de Tarchon Energy Interconnector met een capaciteit van 1,4 gigawatt (GW) die Engeland met Duitsland verbindt, evenals de 0,75 GW Mares Connect kabel naar de Republiek Ierland en LirlC, een 0,7 GW project naar Noord-Ierland.

Op basis van een analyse van zowel Ofgem als de National Energy System Operator (NESO) wordt verwacht dat Groot-Brittannië tegen 2030 een netto-exporteur van energie zal worden door de groeiende hoeveelheid hernieuwbare energie, aldus de regelgevende instantie.

"We hebben alle voorgestelde projecten zorgvuldig beoordeeld en alleen die projecten goedgekeurd die wat betreft waarde, levensvatbaarheid en energiezekerheid iets opleveren voor de consument," zei Akshay Kaul, directeur-generaal voor infrastructuur bij Ofgem, in een verklaring.

Ofgem keurde ook de eerste offshore hybride activa (OHA's) van Groot-Brittannië goed, die de energie die door offshore windparken wordt opgewekt, direct aan zowel het Britse als het Europese net kunnen leveren, en die beide gepland zijn door National Grid.

Het LionLink-project, dat in mede-eigendom is van de Nederlandse netbeheerder Tennet, zal Nederlandse offshore windparken verbinden met zowel de Nederlandse als de Britse netten en tot 1,8 GW koolstofarme elektriciteit aan elk land leveren.

Op dezelfde manier zal het Nautilus-project, in gezamenlijk eigendom met de Belgische netbeheerder Elia, Belgische offshore windparken verbinden en tot 1,4 GW aan capaciteit aan elk land leveren.

De nieuwe projecten zullen naar verwachting allemaal voltooid en operationeel zijn tegen eind 2032, aldus Ofgem.

De deelname van National Grid in de OHA-projecten is afhankelijk van een definitieve investeringsbeslissing, zei het bedrijf in een afzonderlijke verklaring.