(ABM FN) Terwijl Wall Street donderdag gesloten bleef, wat traditiegetrouw leidde tot lagere handelsvolumes, sloot de Bel20 bijna 0,1 procent hoger op 4.216,92 punten.
Beleggers kregen wel Duitse inflatiecijfers gepresenteerd. De prijzen stegen in november met 2,2 procent op jaarbasis. Maar op maandbasis daalden de prijzen in Duitsland met 0,2 procent, wat meer was dan economen hadden voorspeld. De Duitse Bund daalde vervolgens licht naar 2,13 procent.
De inflatie stond ook op de agenda in België, waar deze in november stabiel bleef op 3,2 procent.
Gisteren was het al de beurt aan de PCE-prijsindex in de Verenigde Staten, een barometer die nauwlettend in de gaten wordt gehouden door de Fed bij het bepalen van het monetaire beleid. De PCE-kernprijzen waren in lijn met de verwachtingen, met een prijsstijging van 2,8 procent in oktober.
Dit bracht Bernard Keppenne, hoofdeconoom bij CBC Banque, ertoe om te zeggen dat “de Fed voorzichtiger zou kunnen zijn met het verlagen van de rente”, bij de volgende vergaderingen.
De prijs voor Brent olie steeg licht naar 72,35 dollar per vat. Beleggers reageerden rustig op de aankondiging van OPEC+, dat het zijn vergadering die voor dit weekend gepland stond, zal uitstellen tot volgende week donderdag. De markt verwacht dat het kartel dan zal besluiten om de geplande verhoging van de olieproductie opnieuw zal uitstellen.
"De vergadering in januari zal waarschijnlijk worden verschoven naar februari, zodat het kartel de kans krijgt om de impact van de nieuwe Amerikaanse regering op de handel en het buitenlands beleid te beoordelen", aldus analisten van ANZ Research, die zeiden dat "het uitstel van de vergadering de speculatie zal aanwakkeren dat de spanningen binnen het kartel oplopen".
De euro/dollar daalde naar 1,0550.
Stijgers en dalers
In de Bel20 steeg Melexis met 1,6 procent, net als andere chipgerelateerde aandelen in Europa. In Amsterdam gingen ASML en Besi meer dan 2 procent hoger, nu volgens Bloomberg de nieuwe sancties op de export van technologie naar China minder streng zullen zijn dan werd gevreesd.
KBC werd 1,1 procent duurder en Argenx won 1,4 procent.
Galapagos daalde met 1,2 procent en sectorgenoot UCB werd 1,3 procent goedkoper.
Buiten de hoofdindex stegen IBA en Aperam met 1,3 en 1,0 procent, terwijl Proximus met 3,8 procent daalde na een afwaardering door JPMorgan. De Amerikaanse zakenbank haalde Proximus van de kooplijst en verlaagde het koersdoel naar 8,60 euro.
Vastgoedgroep Ascencio, dat nabeurs met cijfers komt, steeg licht. Recticel won 1,1 procent.
DEME, dat een contract heeft getekend voor de bouw van een terminal voor een offshore windmolenpark in de haven van Cuxhaven in Duitsland, verloor 0,6 procent.
Bij de smallcaps daalde CMB.Tech licht, terwijl Agfa-Gevaert 2,9 procent won. Sequana Medical leverde 3,9 procent in.
Payton Planar Magnetics heeft meer omzet en winst behaald, maar zag het orderboek wel flink dalen, zo maakte het Israëlische techbedrijf met een notering in Brussel woensdagavond bekend. Het aandeel verloor bijna 10 procent.
© ABM Financial News;
info@abmfn.nl;
Redactie: +31(0)20 26 28 999;
Disclaimer