Een stijging van een belangrijke loonindicator in de eurozone is niet bijzonder zorgwekkend en de Europese Centrale Bank zou in staat moeten zijn om de rente op 6 juni te verlagen, aldus Joachim Nagel, president van de Bundesbank, op vrijdag.

De ECB heeft al lange tijd een renteverlaging volgende maand in het vooruitzicht gesteld, maar een toename van de onderhandelde loonstijging in het 20-landenblok, een langverwachte indicator van de prijsdruk, heeft de vooruitzichten vertroebeld.

Nagel bagatelliseerde het looncijfer, dat een stijging van 4,5% naar 4,7% liet zien, met het argument dat dit een achteruitkijkende indicator was en dat hij voor de toekomst gunstige trends verwachtte.

"Als de zaken blijven zoals ze zijn, neemt de kans toe dat we in juni de eerste rentestap zetten," zei Nagel tijdens een persconferentie in de marge van een conferentie van de ministers van Financiën van de G7 in Stresa, Italië.

Nagel zei dat hij verwachtte dat de loontrends zullen "afvlakken", wat de inflatie zou kunnen verlichten.

Maar hij herhaalde ook zijn eerdere boodschap dat de renteverlaging van juni geen enkele toezegging inhield over volgende stappen, omdat beslissingen van de ECB gebaseerd zullen zijn op binnenkomende gegevens, zonder automatisme, een verandering ten opzichte van het beleid in het recente verleden, toen de ECB vaak verwachte stappen aankondigde.

Toch hebben sommige conservatieven, waaronder bestuurslid Isabel Schnabel, al gepleit tegen twee opeenvolgende renteverlagingen, door te waarschuwen dat de huidige inflatie en loontrends geen verdere versoepeling van het beleid in juli rechtvaardigen.

De markten hebben ook een snelle vervolgverlaging opgegeven en zien nu nog maar één renteverlaging na juni, een grote verandering ten opzichte van het begin van dit jaar, toen tot zes renteverlagingen werden voorspeld.

De meeste markteconomen zetten nog steeds in op verlagingen in juni, september en december,

Danske Bank op vrijdag

haar eigen prognose gewijzigd en voorspelt nu slechts twee renteverlagingen in 2024. (Verslaggeving door Christian Kraemer, geschreven door Andrey Sychev en Balazs Koranyi; Redactie door Rachel More en Toby Chopra)