De Commissie, die toezicht houdt op het mededingingsbeleid in de Europese Unie met 27 lidstaten, vreesde dat de overname de concurrentie op de wholesalemarkt voor FTTO-netwerken (fibre-to-the-office) zou beperken en retailconcurrenten de toegang tot de glasvezelcapaciteit van Covage op wholesaleniveau zou kunnen ontzeggen.

Covage verkoopt alleen glasvezelnetwerktoegang op de wholesalemarkt, terwijl SFR FTTH actief is op zowel wholesale- als retailmarkten.

Om aan de bezwaren van de Commissie tegemoet te komen, boden de partijen aan het grootste deel van de FTTO-activiteiten van Covage af te stoten en de activa en diensten aan te bieden die nodig zijn om deze afgestoten activiteiten gedurende een overgangsperiode te exploiteren.

De Commissie verklaarde dat de transactie, zoals gewijzigd door de verbintenissen, niet langer mededingingsbezwaren deed rijzen.