De euro daalde marginaal ten opzichte van de dollar op $1,091, na een dag eerder op $1,09 het laagste punt sinds 11 april te hebben bereikt.
Analisten zeiden dat de dollar deze week mogelijk heeft geprofiteerd van zijn status als safe-havenbelegging, nu de impasse rond het Amerikaanse schuldenplafond en enkele verdere zorgen over banken beleggers ongerust maakten.
De aandelen van de Amerikaanse kredietverstrekker PacWest kelderden donderdag met 23% nadat ze een scherpe daling van de deposito's hadden onthuld.
Ze zeiden ook dat de dollar waarschijnlijk net aan het opveren was na een periode van zwakte.
"We gaan in het algemeen naar een meer defensieve toestand", zei Carl Hammer, hoofdstrateeg bij de Europese bank SEB.
De dollarindex stond vrijdag zeer licht hoger op 102,11, op weg naar een wekelijkse winst van 0,84%.
Maar de algemene trend voor de greenback bleef neerwaarts. Hij is meer dan 11% gedaald sinds hij vorig jaar een hoogtepunt van 20 jaar bereikte en is in zeven van de laatste negen weken gedaald.
Een sterke vertraging van de Amerikaanse inflatie is een belangrijke drijfveer geweest, evenals de beter dan verwachte economische prestaties van Europa, die de euro hebben opgedreven.
De Amerikaanse consumentenprijsindex (CPI) daalde in april tot 4,9% j-o-j, zo bleek deze week uit gegevens. Op donderdag bleek uit gegevens dat de wekelijkse aanvragen voor werkloosheid sterker stegen dan verwacht, als laatste teken van een vertragende arbeidsmarkt.
Veel analisten verwachten dat de Federal Reserve de rente zal handhaven op het niveau van 5% tot 5,25% waartoe zij de rente vorige week heeft verhoogd.
Het pond steeg vrijdag met 0,06% tot $1,252, na een daling van 0,9% op een dag van sterke dollar op donderdag.
De Bank of England verhoogde de rente donderdag met 25 basispunten tot 4,5%. Uit gegevens van vrijdag bleek dat de Britse economie in het eerste kwartaal met 0,1% is gegroeid.
Ten opzichte van de Japanse yen steeg de dollar vrijdag met 0,13% tot 134,72.
Adam Cole, hoofd valutastrateeg bij RBC Capital Markets, zei dat hij het niet eens is met de dominante marktvisie dat de dollar waarschijnlijk zal blijven dalen.
"Wij zijn er nog niet van overtuigd dat dit een duurzame trend is", zei hij. "We zullen periodes hebben waarin de dollar het goed doet en de dollar het slecht doet."
De Nieuw-Zeelandse dollar was een van de grootste bewegers en daalde met 0,83% tot $0,624, nadat uit gegevens bleek dat bedrijfsleiders verwachten dat de inflatie de komende twee jaar zal afnemen.
