Andres Marcoleta, een onderzoeker van de Universiteit van Chili die de studie in het tijdschrift Science of the Total Environment in maart leidde, zei dat deze "superkrachten", die geëvolueerd zijn om weerstand te bieden aan extreme omstandigheden, vervat zijn in mobiele DNA-fragmenten die gemakkelijk op andere bacteriën overgebracht kunnen worden.

"Wij weten dat de bodems van het Antarctisch Schiereiland, een van de poolgebieden die het meest te lijden hebben onder het smeltende ijs, een grote verscheidenheid aan bacteriën herbergen," zei Marcoleta. "En dat sommige daarvan een potentiële bron vormen van voorouderlijke genen die resistentie tegen antibiotica verlenen."

Wetenschappers van de Universiteit van Chili hebben van 2017 tot 2019 verschillende monsters van het Antarctisch Schiereiland verzameld.

"Het is de moeite waard om ons af te vragen of de klimaatverandering een invloed zou kunnen hebben op het optreden van besmettelijke ziekten," zei Marcoleta.

"In een mogelijk scenario zouden deze genen dit reservoir kunnen verlaten en het ontstaan en de verspreiding van besmettelijke ziekten bevorderen."

De onderzoekers ontdekten dat de Pseudomonas-bacteriën, één van de overheersende bacteriegroepen op het Antarctisch schiereiland, niet ziekteverwekkend zijn, maar wel een bron kunnen zijn van "resistentiegenen", die niet worden tegengehouden door gangbare ontsmettingsmiddelen zoals koper, chloor of quaternaire ammonium.

De andere soort bacterie die zij onderzochten, de Polaromonas-bacterie, heeft echter wel het "vermogen om antibiotica van het beta-lactam-type, die essentieel zijn voor de behandeling van verschillende infecties, te inactiveren," aldus Marcoleta.