Donderdagochtend vroeg vonden verschillende brandstichtingen en blokkades plaats in de aanloop naar zijn bezoek aan de regio Araucania, waar Mapuche-groepen al jaren de teruggave van voorouderlijk land eisen. Vrachtwagens en treinen zijn aangevallen.
"Als ze denken dat ze mij of deze regering gaan intimideren, hebben ze het goed mis", zei Boric tijdens een persconferentie, verwijzend naar "daden van terroristische aard".
Tijdens de eerste week dat de jonge linkse president dit jaar in functie was, werd zijn toenmalige minister van Binnenlandse Zaken tijdens haar bezoek aan de regio onderbroken door geweervuur. Boric kondigde later opnieuw de noodtoestand af en behield een sterke militaire aanwezigheid in de regio.
Boric vergeleek de brandstichtingen van donderdag, waaronder een school en een kerk, met de nazi's die in de jaren dertig synagogen in brand staken en de Chileense militaire dictatuur die in 1973 boeken verbrandde.
Tijdens de toespraak kondigde Boric aan dat de regering twee steuncentra zou oprichten voor slachtoffers van geweld in de regio. Hij zei dat de regering ook de bewaking van belangrijke transportroutes zou opvoeren en zich zou richten op de bestrijding van houtdiefstal, wapenbeheersing en verbetering van de voedselzekerheid.
"We zijn als staat niet in staat geweest om de achterstand in termen van armoede op te lossen," zei Boric. "En we hebben geen duurzame weg naar vrede gevonden."
