Energie: positieve economische gegevens en een aanhoudend gespannen situatie in de Rode Zee hebben de olieprijzen ondersteund. Het bewijs: Brent-olie wist de grens van 80 USD per vat te overschrijden. De Amerikaanse economie groeide meer dan verwacht in het vierde kwartaal, wat ook bevestigd werd door de PMI-cijfers van januari, die hoger uitvielen dan economen hadden voorzien. In de Verenigde Staten zijn de wekelijkse voorraden spectaculair gedaald in vergelijking met de consensus (-9,2 miljoen versus een consensus van -1,2 miljoen), wat eveneens heeft bijgedragen aan de opwaartse ommekeer van de prijzen. Brent wordt verhandeld rond 81,8 USD, terwijl zijn Amerikaanse tegenhanger, WTI, rond de 76,70 USD noteert. In Europa blijft de prijs van aardgas dalen, met een notering van 27 EUR/MWh voor de Nederlandse referentie.

Metalen: de stemming onder de industriële metalen is opgeveerd, waarmee een einde komt aan een lange periode van daling. China speelt hier waarschijnlijk een rol in, aangezien het land meer steunmaatregelen voor zijn economie zou kunnen uitrollen. Aan de andere kant verhoogt Europa de druk op Rusland en zou het verder kunnen gaan in zijn sancties die doelen op Russisch aluminium. Koper maakt tonsgewijs vooruitgang in Londen en stijgt naar 8.500 USD, net als aluminium dat weer boven 2.200 USD uitkomt. Bij de edelmetalen valt weinig te melden. Goud blijft stabiel op 2.030 USD. Deze lethargie wordt veroorzaakt door de twijfels van de financiële markten over het tijdschema van de eerste renteverlaging door de Fed.

Landbouwproducten: in Chicago blijft de prijs van maïs dalen, aangezien een bushel maïs nog steeds rond de 445 cent wordt verhandeld. Voor tarwe is het beeld eveneens neutraal, hoewel een bushel tarwe iets aan terrein heeft gewonnen en tegen zo’n 610 cent noteert.