De Hongaarse regering heeft vrijdag ingestemd met de financiering van 140 miljoen euro ($152 miljoen) aan infrastructuur- en energieprojecten in de autonome Servische Republiek van Bosnië, aldus de regering van de regio in een verklaring.

De projecten die zijn overeengekomen door de premier van de Servische Republiek, Radovan Viskovic, en de Hongaarse minister van Economie, Marton Nagy, omvatten een afvalbeheerprogramma en de bouw van wind- en zonneparken, aldus de verklaring.

Twee van de projecten waren gelanceerd door de Duitse regering, maar die heeft ze vorig jaar stopgezet, samen met twee andere energieprojecten, met als reden de afscheidingsdoelen van de nationalistische president van de regio, Milorad Dodik.

De Hongaarse bedrijven Veolia, MVM en Alteo zullen deelnemen aan de uitvoering van de projecten, aldus de verklaring.

Op vrijdag organiseerden de twee regeringen een economisch forum in Banja Luka, de feitelijke hoofdstad van de Servische Republiek, waarbij tientallen bedrijven aanwezig waren en investeringsprojecten presenteerden.

De Hongaarse premier Viktor Orban, die door Dodik werd onderscheiden met de hoogste onderscheiding van de Servische Republiek, zei dat hij geloofde dat de Bosnische regio in de toekomst een indrukwekkende economische groei zou kunnen doormaken, waaraan Hongarije wilde deelnemen.

Orban bekritiseerde wat hij noemde "buitenlandse inmenging" in de binnenlandse aangelegenheden van Bosnië en beloofde het land te helpen op zijn weg naar integratie in de Europese Unie.

($1 = 0,9234 euro) (Verslaggeving door Daria Sito-Sucic Bewerking door Mark Potter)