Italië dient wetsvoorstel in voor verlaging inkomstenbelasting, versoepeling sancties ontduikers

De Italiaanse regering zal donderdag een wetsvoorstel goedkeuren om de inkomsten- en vennootschapsbelasting te verlagen, zo blijkt uit een door Reuters ingezien ontwerp, terwijl ook de straffen worden verlaagd voor belastingontduikers die in het reine komen en ermee instemmen de achterstallige bedragen te betalen.

Belastingontduiking is een chronisch probleem in Italië en kost de staatskas ongeveer 90 miljard euro (95,54 miljard dollar) per jaar, volgens de meest recente gegevens van het ministerie van Financiën.

Uit het ontwerp blijkt dat de regering het risico van strafrechtelijke veroordelingen wil wegnemen voor degenen die met de autoriteiten afrekenen en achterstallige betalingen inhalen, door in te zetten op een coöperatieve aanpak met belastingbetalers.

Het biedt kleine bedrijven en zelfstandigen ook de kans om vooraf af te spreken hoeveel belastingen zij de komende twee jaar aan de staat moeten betalen, zonder vrees voor inspecties.

In zijn door de EU gefinancierde post-COVID herstelplan heeft Italië de Europese Commissie beloofd de zogenaamde "tax gap" - het verschil tussen potentiële belastingverplichtingen en de daadwerkelijk betaalde belastingen - terug te brengen van 18,5% in 2019 tot 15,7% in 2024.

Dit betekent dat in die periode ongeveer 7 à 8 miljard euro moet worden terugverdiend.

In de begroting van Rome voor 2023 heeft premier Giorgia Meloni, die in oktober vorig jaar is aangetreden, de limiet voor contante betalingen verhoogd van 1.000 tot 5.000 euro.

Het kabinet zal om 1530 GMT bijeenkomen om het wetsvoorstel te bespreken en goed te keuren, aldus het bureau van Meloni in een verklaring.

Om het belastingstelsel te herzien, wil Meloni binnen twee jaar de huidige inkomstenbelastingtarieven terugbrengen van vier naar drie, met als einddoel één enkel belastingtarief vóór de nationale verkiezingen van 2027.

Het kabinet zal overwegen de drie belastingschijven op korte termijn vast te stellen op 23%, 33% en 43%, aldus regeringsfunctionarissen, die eraan toevoegen dat een duurdere oplossing die momenteel wordt bestudeerd, de tweede schijf zou verlagen tot 27%.

De huidige inkomstenbelastingheffing, IRPEF genaamd, is gebaseerd op tarieven die gaan van minimaal 23% op jaarinkomens tot 15.000 euro, tot een toptarief van 43% op inkomsten boven de 50.000 euro.

Daarnaast wil Meloni het huidige vennootschapsbelastingtarief van 24% in tweeën splitsen door een tweede lagere schijf van 15% in te voeren om ondernemers te belonen die banen creëren en investeren in innovatie om de productiviteit te verhogen.

($1 = 0,9421 euro)