Maandag heeft de EU de vaststelling van minimumprijzen voor elektrostaal uit Japan, China, Rusland, Zuid-Korea en de Verenigde Staten met vijf jaar verlengd op grond van het feit dat de producenten het anders op de EU-markt zouden dumpen.

"De Japanse staalindustrie zal dit besluit zorgvuldig bestuderen en een passende gedragslijn bepalen," zei Eiji Hashimoto, voorzitter van de Japan Iron and Steel Federation, in een verklaring.

Tijdens de procedure voor een nieuw onderzoek in verband met het vervallen van de maatregelen door de Europese Commissie heeft de Japanse staalindustrie aangevoerd dat het intrekken van de antidumpingmaatregelen niet zou leiden tot voortzetting of herhaling van aanmerkelijke schade voor de industrie in de EU, maar de EU heeft de argumenten van Japan verworpen, aldus Hashimoto.

Ondanks het feit dat de EU in 2015 minimumprijzen heeft opgelegd voor gewalste platte producten met georiënteerde korrel van siliciumstaal (GOES), bedroeg de invoer van de producten uit Japan in de EU tussen 2016 en 2020 20.000-30.000 ton per jaar, tegen 15.000 ton in 2015, aldus een ambtenaar van de Japanse federatie.

GOES worden gebruikt in energietransformatoren.

"Het feitelijke effect van de uitbreiding zal wellicht beperkt zijn, aangezien de invoerprijzen van de EU van deze Japanse elektrische staalsoorten meestal boven de minimumprijzen liggen, maar wij zullen onze eis om de vrije handel te beschermen voortzetten," zei de ambtenaar.