De spaartegoeden van huishoudens in de eurozone stegen tot het hoogste niveau in ongeveer drie jaar, terwijl de investeringen bleven dalen in het eerste kwartaal van 2024, aldus het bureau voor de statistiek van de Europese Unie op donderdag.

Europeanen sparen al lang meer dan hun Amerikaanse tegenhangers en de kloof is de laatste tijd groter geworden, mogelijk door de onzekerheden als gevolg van de oorlog in Oekraïne en de bredere economische vooruitzichten.

De spaarquote van huishoudens, die spaartegoeden meet als percentage van het beschikbare inkomen, steeg in het eerste kwartaal tot 15,3% in de eurozone, tegenover 14,1% in het vierde kwartaal van 2023, zo bleek uit gegevens van Eurostat. Dat was nog steeds lager dan de piek van 25,1% uit de pandemische periode in het tweede kwartaal van 2020.

Van Italië dat staatsobligaties aan huishoudens verkoopt, tot Frankrijk dat spreekt over een pan-Europees spaarproduct, overheden in heel Europa zoeken naar manieren om het vermogen van huishoudens te mobiliseren.

Maar terwijl de besparingen toenamen, daalden de beleggingen van huishoudens tot 9,5% in het kwartaal, het laagste niveau sinds begin 2021, zo bleek uit de gegevens.

De inflatie in de eurozone nam in juni af tot 2,5%, terwijl ook het consumentenvertrouwen verbeterde. (Verslaggeving door Leo Marchandon en Olivier Sorgho in Gdansk; redactie door Milla Nissi)