ERG SpA rapporteerde geconsolideerde winst- en productieresultaten voor het tweede kwartaal en de zes maanden eindigend op 30 juni 2016. Voor het kwartaal rapporteerde het bedrijf een EBITDA van EUR 111 miljoen, vergeleken met EUR 86 miljoen een jaar geleden. De EBIT bedroeg EUR 46 miljoen, vergeleken met EUR 46 miljoen een jaar geleden. Het nettoresultaat van de groep bedroeg EUR 17 miljoen, tegen EUR 23 miljoen een jaar geleden. De inkomsten bedroegen 235 miljoen EUR, tegenover 222 miljoen EUR in het tweede kwartaal van 2015. De nettowinst bedroeg 24,6 miljoen euro, tegenover 33,2 miljoen euro een jaar geleden. De nettowinst van de Groep bedroeg EUR 24,7 miljoen tegen EUR 32,2 miljoen een jaar geleden. De kasstromen uit bedrijfsactiviteiten bedroegen EUR 49,4 miljoen tegenover kasstromen gebruikt in bedrijfsactiviteiten van EUR 48,6 miljoen een jaar geleden. De netto investeringen in materiële en immateriële vaste activa bedroegen EUR 7,4 miljoen tegen EUR 38,5 miljoen een jaar geleden. Voor het eerste halfjaar rapporteerde de onderneming een EBITDA van EUR 271,2 miljoen tegen EUR 184,4 miljoen een jaar geleden. De EBIT bedroeg EUR 142,5 miljoen tegen EUR 107 miljoen een jaar geleden. Het nettoresultaat van de groep bedroeg EUR 74 miljoen tegen EUR 57 miljoen een jaar geleden. De inkomsten bedroegen 538,3 miljoen euro tegenover 489,9 miljoen euro een jaar geleden. De winst vóór belastingen bedroeg 104,8 miljoen euro, tegenover 92,8 miljoen euro een jaar geleden. De nettowinst bedroeg EUR 75,5 miljoen tegen EUR 73,6 miljoen een jaar geleden. De nettowinst van de Groep bedroeg EUR 72,5 miljoen tegenover EUR 70,1 miljoen een jaar geleden. De kasstromen uit bedrijfsactiviteiten bedroegen EUR 84,2 miljoen tegen EUR 44 miljoen een jaar geleden. De netto investeringen in materiële en immateriële vaste activa bedroegen EUR 15,6 miljoen tegenover EUR 50,6 miljoen een jaar geleden. De netto financiële schuld bedraagt EUR 1.840 miljoen, een stijging met EUR 392 miljoen in vergelijking met het op 31 december 2015 geboekte bedrag, voornamelijk door de overname van de Franse en Duitse windmolenparken van de Impax-groep (EUR 293 miljoen), de uitkering van dividenden (EUR 143 miljoen), en de tijdens de periode gedane investeringen (EUR 19 miljoen) vooral voor de intrede in het Verenigd Koninkrijk (EUR 13 miljoen). Voor het tweede kwartaal van 2016 bedroeg de totale verkoop van elektriciteit 2,76 TWh (2,3 TWh in de overeenkomstige periode van 2015), tegenover een totaal van 1,8 TWh geproduceerd door de installaties van de Groep, waarvan ongeveer 0,3 TWh in het buitenland en 1,5 TWh in Italië. Dat laatste cijfer komt overeen met ongeveer 2,1% van de totale binnenlandse vraag (1,5% in het tweede kwartaal van 2015). De opgewekte elektriciteit bedroeg 822 GWh, een stijging ten opzichte van de overeenkomstige periode van het voorgaande jaar (623 GWh), met een productiestijging van ongeveer 14% in Italië (van 501 GWh tot 569 GWh) en van 108% in het buitenland (van 121 GWh tot 253 GWh). De totale opgewekte elektriciteit kwam uit op 964 GWh, met een groei ten opzichte van het tweede kwartaal van 2015 (597 GWh) dankzij de output bijgedragen door ERG Hydro, ten bedrage van 367 GWh (niet aanwezig in het tweede kwartaal van 2015), terwijl de door ERG Power opgewekte elektriciteit in lijn was met de overeenkomstige periode van 2015 (597 GWh). Voor de eerste zes maanden van 2016 kwam de totale verkoop van elektriciteit uit op 6,0 TWh (5,0 TWh in de overeenkomstige periode van 2015), tegenover een totaal van ongeveer 4,1 TWh geproduceerd door de installaties van de Groep, waarvan ongeveer 0,7 TWh in het buitenland en 3,4 TWh in Italië. Dit laatste cijfer stemt overeen met ongeveer 2,2% van de totale binnenlandse vraag (1,6% in de eerste zes maanden van 2015). De elektriciteit opgewekt door Niet-programmeerbare Bronnen (windenergie) bedroeg 2.048 GWh, met een groei in vergelijking met de eerste helft van 2015 (1.482 GWh), met een stijging van de productie met ongeveer 14% in Italië (van 1.181 GWh tot 1.343 GWh) en met 134% in het buitenland (van 301 GWh tot 705 GWh). De netto-elektriciteitsproductie door Programmeerbare Bronnen bedroeg 2.044 GWh, met een stijging ten opzichte van de eerste helft van 2015 (1.211 GWh) dankzij de output die zowel door ERG Hydro, ten bedrage van 751 GWh (niet aanwezig in de eerste zes maanden van 2015), als door ERG Power, ten bedrage van 1.293 GWh, werd bijgedragen, met een stijging ten opzichte van de eerste zes maanden van 2015 (1.211 GWh), mede als gevolg van de kortere duur van de geplande algemene onderhoudsstilstand voor module 2 die in 2016 werd uitgevoerd in vergelijking met het geplande algemene onderhoud voor module 1 van de STEG-centrale dat in de eerste zes maanden van 2015 plaatsvond. Verwacht wordt dat de totale EBITDA over 2016 ongeveer 440 miljoen euro zal bedragen, in overeenstemming met de indicaties die bij de voorstelling van het bedrijfsplan 2015-2018 aan de Financiële Gemeenschap werden gegeven, en die een groter dan verwachte bijdrage weerspiegelen op het vlak van de prestaties van de centrale, de activiteit Energiebeheer en de beheersing van de centrale kosten. Deze factoren zullen het mogelijk maken het negatieve effect van de energieprijzen, die duidelijk onder de vooruitzichten van het Plan liggen, te compenseren.