De S&P 500 was vrijdag 6,6% teruggekaatst ten opzichte van 19 mei, toen de index 18,7% lager sloot dan de recordhoogte van 3 januari. De benchmarkindex was dinsdag in de ochtendhandel ongeveer 1% lager.

In een nota die Morgan Stanley Equity Strateeg Michael Wilson voor de opening van de markt op dinsdag publiceerde, zei hij dat de index nog eens 5% zou kunnen stijgen, omdat "het niet verwonderlijk is dat we nu enige opluchting zien, gezien hoe oversold de markt was geworden."

Maar hoewel meer mensen op Wall Street zich nu zorgen maken over de risico's van een hogere inflatie en een vertragende groei, "betekent dat nog niet dat het volledig verdisconteerd is," zei Wilson.

"Wij blijven stevig in het kamp van de bearmarkt, maar opluchtingsrally's kunnen elk moment voorkomen, en het lijkt erop dat wij er nu midden in zitten," zei Wilson. Hij voorspelt dat de S&P 500 tegen half augustus rond de 3.400 zal staan, wat een daling van 18% zou betekenen ten opzichte van het slot van vrijdag.

De markt heeft dit jaar al één rally gehad die vervloog, waarbij de S&P 500 in maart zo'n 11% steeg alvorens al die winsten weer prijs te geven.

De laatste rally leek voor een deel gebaseerd op de verwachting dat de Federal Reserve haar plannen om later dit jaar de rente te verhogen zal vertragen. Strategen van BofA zeiden vorige week dat de centrale bank haar verkrapping in september waarschijnlijk zou pauzeren en haar benchmarkrente voor de nachtelijke rente binnen een marge van 1,75% tot 2% zou laten als de financiële omstandigheden zouden verslechteren.

Het verkrappingspad van de Fed is echter verre van zeker.

Fed-gouverneur Christopher Waller zei maandag dat de centrale bank bereid moet zijn de rente vanaf nu bij elke vergadering met een half procentpunt te verhogen, totdat de inflatie afdoende is beteugeld. Nadat de Fed tot dusver dit jaar de rente reeds met 75 basispunten heeft verhoogd, wordt algemeen verwacht dat zij de rente op elk van haar volgende twee bijeenkomsten met 50 basispunten zal verhogen.