De obligatierentes in de eurozone daalden vrijdag in aanloop naar de altijd belangrijke Amerikaanse inflatiecijfers, maar gingen nog steeds voor een tweede week van stijgingen op rij, terwijl traders bleven worstelen met de vraag wanneer en hoe snel de wereldwijde centrale banken de rente zullen gaan verlagen.

De rente op Duitse 10-jaars obligaties, de benchmark voor de eurozone, daalde met 1,9 basispunten naar 2,61%, maar staat op een wekelijkse stijging van 10 basispunten.

De benchmark voor de eurozone bereikte aan het begin van de sessie een hoogste punt in vijf maanden op 2,32%.

De meest recente meting van de Amerikaanse core persoonlijke consumptiebestedingen, de favoriete inflatiemaatstaf van de Federal Reserve, wordt verwacht om 1230 GMT, en zou ervoor kunnen zorgen dat de markten hun voorspellingen over wanneer de Amerikaanse centrale bank zal beginnen met het verlagen van de rentetarieven, verder naar achteren schuiven.

Dat zal een domino-effect hebben op andere beleidsmakers, waaronder de Europese Centrale Bank, en op de rentemarkten wereldwijd.

De 10-jaars rente van Italië stond 4,3 basispunten lager op 3,94% en het verschil tussen Italiaanse en Duitse Bunds verkleinde met 2,2 basispunten tot 132 basispunten.

Het rendement op tweejaars Duitse obligaties, dat gevoeliger is voor de renteverwachtingen van de Europese Centrale Bank, bleef onveranderd op 3%. (Verslaggeving door Alun John; Bewerking door Amanda Cooper)