Raed Al Saleh, die de groep leidt, zei dat het gebied sinds de aardbeving van maandag geen hulp van de V.N. heeft ontvangen om op rampen te reageren, en zei dat de zes vrachtwagens die donderdag de grens met Syrië zijn overgestoken een reguliere zending was die vertraging had opgelopen.
"De vrachtwagens die gisteren zijn binnengekomen zijn een konvooi dat maandag had moeten binnenkomen, maar door de aardbeving vertraagd was," vertelde hij verslaggevers via een videoverbinding vanuit Idlib. "Tot nu toe is er geen hulp van de VN naar het noordwesten van Syrië gekomen als reactie op de aardbeving."
Saleh noemde de reactie van de Verenigde Naties "catastrofaal" en zei dat de instantie "zich bij het Syrische volk moet verontschuldigen voor het gebrek aan hulp dat het heeft geboden".
Het Bureau van de Verenigde Naties voor de coördinatie van humanitaire zaken reageerde niet onmiddellijk op een verzoek om commentaar op de beschuldigingen van Saleh.
De Internationale Organisatie voor Migratie, een VN-agentschap, zei dat 14 vrachtwagens met humanitaire hulp Syrië waren binnengekomen nadat ze eerder op vrijdag waren vertrokken uit de zuidelijke Turkse stad Gaziantep. De vrachtwagens, op weg naar het door de rebellen gecontroleerde Idlib, vervoerden onder meer elektrische kachels, tenten en dekens, aldus de IOM.
Op de vraag of de 14 vrachtwagens die Syrië binnenkwamen deel uitmaakten van een reguliere hulpzending en geen verband hielden met de reactie op de aardbeving, zei IOM-woordvoerder Paul Dillon dat het "voorpositioneren" van hulp niet aan de orde was.
"Het gaat erom dat humanitaire hulp die van cruciaal belang is voor ontheemden, zoals tenten, dekens en ander materiaal, op dit moment in Noordwest-Syrië wordt geleverd", zei hij.
De Witte Helmen, officieel bekend als Syria Civil Defence, hebben duizenden mensen gered in de door de rebellen bezette gebieden die zijn getroffen door bombardementen van regerings- en Russische troepen in de twaalf jaar durende burgeroorlog in Syrië.
De leden van de Witte Helmen zeggen neutraal te zijn. De Syrische president Bashar al-Assad en zijn medestanders, waaronder Rusland, beschrijven hen als werktuigen van westerse propaganda en van door islamisten geleide opstandelingen.
