Amerikaanse wetgevers dringen bij SEC aan op controle van beursgang Shein uit vrees voor dwangarbeid door Oeigoeren

Een tweeledige groep van twee dozijn Amerikaanse afgevaardigden roept de Securities and Exchange Commission op om de beursgang van de in China opgerichte fast-fashion gigant Shein stop te zetten totdat is geverifieerd dat er geen gebruik wordt gemaakt van dwangarbeid, zo blijkt uit een door Reuters ingeziene brief.

De Amerikaanse wetgevers willen dat de SEC Shein opdraagt om onafhankelijk te controleren en te verifiëren "dat het bedrijf geen gebruik maakt van Oeigoerse dwangarbeid als voorwaarde voor registratie voor de uitgifte van effecten in de Verenigde Staten", aldus de brief.

Bronnen hebben gezegd dat Shein streeft naar een beursgang in de VS later dit jaar.

De snelle groei van het goedkope modebedrijf trekt politieke aandacht in verschillende landen waar leiders zeggen dat de detailhandelaar een bedreiging vormt voor bedrijven van eigen bodem.

In een rapport van Bloomberg uit 2022 werd vastgesteld dat de kleding van het bedrijf katoen bevatte dat afkomstig was uit de Chinese regio Xinjiang. Rechtengroeperingen en regeringen hebben China beschuldigd van dwangarbeid en internering van Oeigoeren, een voornamelijk islamitische etnische minderheid, in Xinjiang. Peking ontkent alle schendingen van de rechten.

De sleutel tot het succes van Shein is volgens sommige politici en analisten een weinig bekende handelsvrijstelling die bekend staat als de de minimis-regel. Volgens hen kunnen websites die goedkope Chinese goederen verkopen dankzij deze uitzondering miljoenen dollars aan belastingen en heffingen ontduiken, evenals voorschriften die dwangarbeid in de toeleveringsketen van consumentenproducten verbieden.

De oproep werd geleid door de Democratische afgevaardigde Jennifer Wexton, en werd ook ondertekend door de Republikein John Rose en de Democraat Earl Blumenauer, die eerder in 2022 wetgeving introduceerden die effectief een einde zou hebben gemaakt aan de de minimis-behandeling voor invoer uit China en andere niet-markteconomieën.

"Wij zijn ervan overtuigd dat de mogelijkheid om effecten uit te geven en te verhandelen op onze binnenlandse beurzen een voorrecht is, en dat buitenlandse bedrijven die dat willen doen een aantoonbare inzet voor mensenrechten over de hele wereld moeten handhaven," aldus de brief.

Shein was niet onmiddellijk beschikbaar voor commentaar.

De in China opgerichte onderneming Shein heeft haar hoofdkantoor nu in Singapore en blijft veel van haar kleding uit China betrekken. Het bedrijf zou in maart $2 miljard aan financiering ophalen en plant een beursgang in de tweede helft van dit jaar.