Brief Trump toegelaten als bewijs in proces ex-adviseur Bannon

De rechter in het proces tegen Steve Bannon liet woensdag de verdediging aan de juryleden meedelen dat Donald Trump deze maand groen licht gaf aan zijn vroegere presidentsadviseur om te getuigen voor de congrescommissie die de aanslag op het Amerikaanse Capitool van vorig jaar onderzoekt, nadat hij hem eerder had gevraagd niet mee te werken.

U.S. District Judge Carl Nichols deed de uitspraak - een mogelijke stimulans voor Bannon's verdediging - op de tweede dag van de getuigenis in het proces in de federale rechtbank. Bannon, 68 jaar, heeft onschuldig gepleit aan twee aanklachten wegens minachting van het Congres voor het negeren van de dagvaarding van het selecte comité van het Huis van Afgevaardigden voor het afleggen van getuigenis en het opvragen van documenten in het kader van zijn onderzoek naar de rampage van 6 januari 2021 door aanhangers van Trump.

Kristin Amerling, een hooggeplaatste medewerkster van de commissie, getuigde dat Bannon de termijnen om te antwoorden op haar dagvaarding van september 2021 heeft genegeerd, geen uitstel heeft gevraagd en een ongeldige reden voor zijn verzet heeft gegeven.

Hoewel Amerling niet specifiek inging op een aanbod dat Bannon deze maand deed om op een openbare hoorzitting te getuigen - een ommekeer die kort voor de begindatum van het proces werd aangekondigd, nadat hij dat vorig jaar geweigerd had - zei zij tegen de jury "wij zijn altijd blij met relevante documenten en getuigenissen."

Tijdens een verhoor door advocaat van de verdediging Evan Corcoran, getuigde Amerling dat als Bannon geïnteresseerd is in communicatie met de commissie, "wij geïnteresseerd zouden zijn om dat verder te onderzoeken."

Na die opmerking vroeg Corcoran de rechter of hij een brief van 9 juli van Trump aan Bannon, waarin hij toestemming gaf om te getuigen en afstand deed van elk beroep op executive privilege, een rechtsleer die bepaalde presidentiële mededelingen vertrouwelijk kan houden, als bewijsmateriaal mocht invoeren.

Bij zijn weigering om aan de dagvaarding van de commissie te voldoen, had Bannon zich beroepen op Trump's claim van executive privilege.

De rechter vertelde de juryleden echter dat zij Bannon's overtuiging over executive privilege niet als een verontschuldiging mogen beschouwen, en dat zij evenmin toekomstige aanbiedingen van naleving als een verdediging voor vroegere niet-naleving mogen beschouwen.

Nichols liet Corcoran ook een brief van de Democratische voorzitter van de commissie, Bennie Thompson, als bewijsstuk gebruiken, waarin gereageerd werd op het aanbod van Bannon om te elfder ure te getuigen. Thompson vroeg Bannon om eerst documenten te produceren voordat een getuigenis kon worden gepland.

"Geeft voorzitter Thompson aan Steve Bannon te kennen dat hij openstaat voor een depositie op een toekomstige datum, ingevolge de dagvaarding van september 2021?" vroeg Corcoran aan Amerling.

"Hij geeft aan dat hij openstaat voor een depositie nadat de heer Bannon de gevraagde documenten heeft overgelegd," antwoordde Amerling.

Nichols vermaande Corcoran op een gegeven moment omdat hij Amerling tijdens zijn kruisverhoor onderbrak, nadat het openbaar ministerie zijn ondervraging had beëindigd.

De rechter waarschuwde Corcoran ook al eerder zonder dat de jury aanwezig was: "Ik ben niet van plan dat dit een politieke zaak, een politiek circus wordt." Nichols maakte deze opmerking nadat het openbaar ministerie zich had beklaagd over opmerkingen die Corcoran dinsdag tegen de jury had gemaakt en waarin hij suggereerde dat de zaak politiek gemotiveerd was.

Amerling, de plaatsvervangend personeelsdirecteur en algemeen adviseur van de commissie, was de eerste getuige die door de aanklager werd opgeroepen, te beginnen op dinsdag en te hervatten op woensdag. Zij zei dat de commissie termijnen heeft gesteld die een "snel antwoord" vereisen, omdat zij reden had om aan te nemen dat Bannon over relevante informatie beschikte. Amerling zei dat Bannon geïdentificeerd was als een van de mensen die de dag voor de rellen een planningsvergadering in een hotel in Washington bijwoonden.

De aanhangers van Trump bestormden het Capitool en vielen de politie aan in een mislukte poging om de formele certificering door het Congres van zijn verkiezingsverlies in 2020 aan de Democraat Joe Biden te blokkeren. Bannon was een belangrijke adviseur van Trump's presidentscampagne van 2016, en diende vervolgens als zijn hoofdstrateeg van het Witte Huis in 2017.

Amerling zei dat Bannon in oktober vorig jaar twee belangrijke termijnen om documenten en getuigenissen te verstrekken niet gehaald heeft en geen uitstel gevraagd heeft. Die getuigenis zou de verdediging van Bannon kunnen bemoeilijken. Dinsdag vertelde Corcoran aan de juryleden dat Bannon geloofde dat de dagvaardingstermijnen niet in steen gebeiteld waren en dat de onderhandelingen tussen zijn advocaat en de commissie zouden worden voortgezet.

Corcoran heeft Amerling woensdag onder druk gezet over welke rol Thompson heeft gespeeld bij het opstellen van de dagvaarding en het bepalen van de termijnen - een klaarblijkelijke poging om politieke motieven te suggereren.

"Welk mens heeft die termijn bepaald?" vroeg Corcoran aan Amerling.

Zij getuigde dat de termijnen werden geformuleerd door hoger personeel van de commissie, waaronder zijzelf, maar dat de uiteindelijke beslissing bij Thompson lag, die de wettelijke bevoegdheid bezat om de dagvaarding te ondertekenen.