WIE HEEFT DE LEIDING GEHAD IN SUDAN?

Soedan begon zijn moeizame overgang naar democratie nadat militaire generaals de lang regerende alleenheerser Omar al-Bashir in april 2019 tijdens een volksopstand van de troon stootten. Bashir, een islamist die lange tijd door het Westen werd gemeden, had het land bijna drie decennia lang voorgezeten.

In een akkoord van augustus 2019 stemden de militairen ermee in om de macht te delen met burgers in de aanloop naar verkiezingen. Die afspraak werd abrupt verbroken door de staatsgreep van 2021, die een nieuwe campagne van massale pro-democratische demonstraties in heel Soedan op gang bracht.

WAAR LIGT HET MACHTSEVENWICHT?

Het leger is sinds de onafhankelijkheid in 1956 een dominante kracht in Soedan. Het pleegt staatsgrepen, voert binnenlandse oorlogen en vergaart economische belangen.

Tijdens de machtsdeling van 2019-21 was het wantrouwen tussen de militaire en civiele partijen groot.

De civiele partij ontleende haar legitimiteit aan een veerkrachtige protestbeweging en steun van delen van de internationale gemeenschap.

Het leger kreeg interne steun van rebellengroeperingen die profiteerden van een vredesakkoord voor 2020 en van oudgedienden uit de regering van Bashir die na de staatsgreep terugkeerden naar de ambtenarij.

Door de staatsgreep kreeg het leger weer de leiding, maar het kreeg te maken met wekelijkse demonstraties, een hernieuwd isolement en dieper wordende economische problemen.

Generaal Mohamed Hamdan Dagalo, hoofd van de paramilitaire Snelle Strijdkrachten (RSF) en sinds 2019 plaatsvervangend leider van de Soedanese regeringsraad, heeft zich achter het plan voor een nieuwe overgang geschaard, waardoor spanningen met het hoofd van de regeringsraad en legerleider Abdel Fattah al-Burhan aan de oppervlakte kwamen.

WAT ZIJN DE BREUKLIJNEN?

Een centrale oorzaak van de spanningen sinds de opstand is de eis van burgers om toezicht te krijgen op het leger en de integratie van de machtige RSF in het reguliere leger.

Burgers hebben ook gevraagd om de overdracht van lucratieve militaire holdings in de landbouw, handel en andere industrieën, een cruciale machtsbron voor een leger dat militaire acties vaak heeft uitbesteed aan regionale milities.

Een ander twistpunt is het streven naar gerechtigheid in verband met beschuldigingen van oorlogsmisdaden door het leger en zijn bondgenoten in het conflict in Darfur vanaf 2003. Het Internationaal Strafhof (ICC) wil Bashir en andere Soedanese verdachten berechten.

Er wordt ook gezocht naar gerechtigheid voor de moorden op pro-democratische demonstranten op 3 juni 2019, waarbij militairen betrokken zijn. Activisten en burgergroeperingen zijn woedend over de vertragingen in een officieel onderzoek. Daarnaast willen ze gerechtigheid voor ten minste 125 mensen die door veiligheidstroepen zijn gedood tijdens protesten sinds de staatsgreep.

HOE ZIT HET MET DE ECONOMIE?

Een steeds erger wordende economische crisis, waardoor de munteenheid kelderde en er regelmatig tekorten aan brood en brandstof ontstonden, was een belangrijke aanleiding voor de val van Bashir.

De overgangsregering van 2019-21 voerde harde, snelle hervormingen door onder toezicht van het Internationaal Monetair Fonds in een succesvolle poging om schuldverlichting te krijgen en buitenlandse financiering aan te trekken.

Maar na de staatsgreep van 2021 werden miljarden dollars aan internationale steun en schuldverlichting bevroren, waardoor ontwikkelingsprojecten werden stopgezet, de nationale begroting onder druk kwam te staan en de toch al nijpende humanitaire situatie verergerde.

WAT IS HET REGIONALE BEELD?

Soedan ligt in een onstabiele regio en grenst aan de Rode Zee, de Sahel en de Hoorn van Afrika. De strategische ligging en de rijkdom aan landbouwgrond hebben regionale machtsspelletjes aangetrokken, wat de kansen op een succesvolle overgang bemoeilijkt.

Verschillende buurlanden van Soedan, waaronder Ethiopië, Tsjaad en Zuid-Soedan, zijn getroffen door politieke omwentelingen en conflicten. Vooral de relatie van Soedan met Ethiopië is gespannen vanwege betwiste landbouwgrond langs hun grens, vanwege conflicten in de regio Tigray waardoor tienduizenden vluchtelingen naar Soedan zijn gevlucht, en vanwege de Grote Ethiopische Renaissancedam.

Regionale zwaargewichten Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten hebben de overgang van Soedan gezien als een manier om terug te slaan tegen de islamistische invloed in de regio. Zij vormen samen met de Verenigde Staten en Groot-Brittannië de "Quad", die samen met de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie bemiddeling in Soedan heeft gesponsord. Westerse mogendheden vrezen de mogelijkheid van een Russische basis aan de Rode Zee, waar Soedanese militaire leiders voor open hebben gestaan.

Egypte, dat diepe historische banden heeft met Soedan en nauwe banden onderhoudt met het Soedanese leger, heeft een alternatief traject gevolgd met groepen die de staatsgreep steunden.