In heel Europa is de bezorgdheid over de vermeende spionageactiviteiten van China toegenomen. De Britse politie heeft vorige week twee mannen aangeklaagd wegens spionage voor China, waaronder één die als onderzoeker in het Britse parlement zou hebben gewerkt voor een prominente wetgever.
In november 2022 zei de Britse regering dat visuele surveillancesystemen die geproduceerd worden door bedrijven die onder de Chinese National Intelligence Law vallen, niet gebruikt mogen worden op gevoelige locaties zoals overheidsgebouwen en militaire bases.
Wetgevers hebben ook opgeroepen tot een verbod op de verkoop en het gebruik van beveiligingscamera's van Hikvision en Dahua, twee Chinese bedrijven die gedeeltelijk in handen van de staat zijn, uit angst voor privacy.
De regering zei dat ze had ontdekt dat de overgrote meerderheid van de gevoelige locaties de apparatuur nooit had gebruikt. Van het kleine aantal locaties dat het wel had, had ongeveer 50% het inmiddels vervangen en er werd vooruitgang geboekt met het verwijderen van de rest.
"Er wordt hard gewerkt aan het verwijderen van de resterende apparatuur, waarbij naar verwachting in oktober van dit jaar ongeveer 70% van de locaties hun bewakingsapparatuur zal hebben verwijderd en alle resterende locaties op schema liggen om uiterlijk in april 2025 volledig vervangen te zijn," zei onderminister Alex Burghart in de verklaring.
Groot-Brittannië waarschuwde zes maanden geleden dat Chinese spionnen het gemunt hadden op Britse ambtenaren op gevoelige posities in de politiek, defensie en het bedrijfsleven als onderdeel van een steeds geraffineerdere spionageoperatie om toegang te krijgen tot geheimen.
"De regering neemt de veiligheid van de burgers, systemen en instellingen van het Verenigd Koninkrijk uiterst serieus en we hebben een reeks maatregelen getroffen om de integriteit van onze regelingen te controleren," voegde de verklaring eraan toe.
