De week kan in enkele woorden worden samengevat. De economische statistieken van de slapende reus (China) slagen er niet in om het land uit zijn lethargie te halen. De PMI voor diensten kwam uit op 53,9 tegen een verwachting van 56,2, waardoor het herstel verder wordt uitgesteld. Aan de Amerikaanse kant hebben beleggers kennis genomen van de Fed-notulen en het minste wat we kunnen zeggen is dat ze niet teleurgesteld waren. Toen ze hoorden dat "bijna alle deelnemers het passend of acceptabel vonden om het doelbereik voor de federal funds rate tussen 5 % en 5,25 % te houden...” en dat “sommige deelnemers aangaven dat ze een verhoging van 25 basispunten van het doelbereik voor de federal funds rate op deze vergadering zouden steunen" schoten de obligatierendementen omhoog, waardoor de 10-jarige Amerikaanse rente de lijn overschreed die de pieken sinds vorige oktober verbond.

Het dubbele effect kwam van de arbeidsmarkt. Tot nu toe voedde de veerkracht ervan de stijging van de aandelenindices omdat het geloofwaardigheid gaf aan het gehoopte scenario van een zachte landing tegen een achtergrond van beheerste inflatie en dus in afwachting van een draai van de Fed. Maar dat was voordat het paradigma veranderde. Met 209.000 nieuwe banen tegen 230.000 verwacht, hopen beleggers dat dit wat druk van de Fed zal wegnemen, hoewel zij van mening is dat zij nog niet klaar is met haar monetaire verkrapping. In dit opzicht lijkt een nieuwe verhoging in juli zeker, maar wat daarna komt, blijft open.

(bron: Bloomberg)

Uiteindelijk bewegen de aandelenindices zich op een bijzonder smal pad. Als de werkgelegenheid dynamisch blijft, zal de Fed haar rente blijven verhogen, wat de groei zal drukken. Maar als de werkgelegenheid inzakt, zal de consumptie volgen, wat ook niet goed is voor de beurs, omdat het de vrees voor een recessie doet opleven. In ieder geval is voorzichtigheid geboden. We merken ook op dat het rendement op de 2-jarige Amerikaanse obligatie een nieuw meerjarig hoogtepunt heeft bereikt van 5,11 %, terwijl de 10-jarige de toppen van het jaar nadert met 4,09 %. Wat Duitsland betreft, is de 10-jarige Bund uit zijn consolidatiekanaal gebroken dat we sinds april zagen, en zit thans op 2,55 %, waardoor de opwaartse dynamiek richting 2,77 % - en mogelijk 3,01 % - op langere termijn weer op gang komt.