Kuya Silver Corporation kondigde aan dat het in samenwerking met Sumou Holding de Umm Hadid opsporingsvergunning voor mineralen heeft gekregen, gelegen in het midden van KSA. Eerder in 2023 werd Kuya Silver uitgenodigd om samen met Sumou een consortium te vormen met als doel een bod uit te brengen op het Umm Hadid project in een recente ronde van minerale exploratie eigendommen die in 2023 werden opengesteld voor verwerving, en het consortium werd in juni 2023 met succes geprekwalificeerd. Kuya Silver leverde de technische expertise voor het consortium, dat een uitgebreid vijfjarig exploratieplan opstelde dat gericht is op het definiëren van bronnen op het Umm Hadid zilverproject en het versneld ontwikkelen van de mijn.

Sumou zal de belangrijkste financiële partner zijn en leverde belangrijke lokale expertise en financiering voor het bod, waaronder een obligatie die een deel van het toegezegde exploratiebudget vertegenwoordigt. In ruil voor haar technische leiderschapsrol in het winnende bod, krijgt Kuya Silver een belang van 5% in een nieuw bedrijf dat door het consortium in KSA zal worden opgericht en verwacht na verloop van tijd een groter belang te verdienen door een overeenkomst op langere termijn aan te gaan en uit te voeren als de technische operator van het project. Het Umm Hadid-project beslaat ongeveer 246 vierkante kilometer (14 x 18 km), ligt in de buurt van het centrum van het Arabisch Schiereiland en op basis van beperkte historische exploratie wordt aangenomen dat het veelbelovend is voor zilver, goud en onedele metalen.

Het gebied herbergt NW-lopende Proterozoïsche gesteenten en wordt geïnterpreteerd als omhuld door een grote granodiorietintrusie en aan weerszijden van het gebied liggen twee grote NW-lopende schuifzones op de schaal van de korst. Beperkt sleuven- en boorwerk uit de jaren 1970 en 1980 uitgevoerd door BRGM (Frans geologisch onderzoek) bracht verschillende gemineraliseerde aders aan het licht, die NW en NE lijken te lopen en zilver, goud, koper, lood en zink bevatten. De mineralisatie wordt vermoedelijk gehost in smalle, hoogwaardige orogene aders, maar de mineralisatie zou ook epithermisch kunnen zijn.