De Europese Commissie heeft informatie opgevraagd als onderdeel van een voorlopig onderzoek naar mogelijke marktverstoringen door Chinese windturbinefabrikanten in vijf landen van de Europese Unie, een stap die China "discriminerend" noemde.

EU-mededingingschef Margrethe Vestager zei dinsdag dat de Commissie de voorwaarden voor de ontwikkeling van windparken in Spanje, Griekenland, Frankrijk, Roemenië en Bulgarije aan het onderzoeken was, zonder verdere details te geven over waarom deze landen in het bijzonder werden uitgelicht.

HOEVEEL TURBINES WORDEN GELEVERD DOOR CHINESE FABRIKANTEN?

Ongeveer 2,6 gigawatt (GW) aan windturbines van Chinese makelij is momenteel geïnstalleerd of gepland voor installatie in Europa, inclusief Groot-Brittannië, volgens de lobbygroep Green Power Denmark.

Volgens statistieken van de Commissie bedroeg de totale windopwekkingscapaciteit in de EU vorig jaar 221 GW.

Europa installeerde vorig jaar alleen al 18,3 GW aan nieuwe windenergiecapaciteit, waarvan 16,2 GW in de 27 EU-landen, volgens de industriegroep WindEurope.

Het aanbod van Chinese windturbines voor EU-projecten is relatief klein en de Europese markt wordt nog steeds gedomineerd door binnenlandse spelers zoals Vestas, Enercon, Nordex en Siemens Gamesa.

De overcapaciteit op de Chinese markt heeft echter geleid tot meer export naar het buitenland en Chinese turbines zijn goedkoper dan turbines van Europese makelij, waarbij fabrikanten aantrekkelijke uitgestelde betalingen aanbieden, aldus industriële bronnen.

WELKE CHINESE FABRIKANTEN LEVEREN TURBINES?

Goldwind, Envision, MingYang, Shanghai Electric, Sinovel en Zhejiang Windley zijn de belangrijkste spelers die betrokken zijn bij EU-projecten, niet alleen in de landen die door de sonde van de Commissie worden genoemd, maar ook in Italië, Kroatië en Zweden, evenals in niet-EU-lidstaten Noord-Macedonië, Bosnië en Herzegovina, Servië, Oekraïne en Turkije.

WELKE WINDPARKEN GEBRUIKEN CHINESE WINDTURBINES?

Volgens de industriegroep WindEurope zijn de meeste windparken op land. In de door de Commissie genoemde landen zijn er al zes online, waaronder zes in Frankrijk, één in Bulgarije, één in Roemenië en drie in Griekenland.

In Frankrijk zijn er twee in aanbouw.