In een sessie zonder belangrijke macro-economische referenties hervatte de belangrijkste Spaanse selectieve index dinsdag zijn opwaartse trend, na het verwerken van de aankondiging van de vorige dag van de onverwachte verlaging van de productie van ruwe olie door OPEC+, die opnieuw het inflatiespook deed opdoemen, met het risico dat dit centrale banken zou kunnen aanzetten tot een agressievere houding.

Deze vrees werd gedeeltelijk weggenomen door de cijfers over de producentenprijzen in de eurozone, die in februari voor de vijfde maand op rij daalden, voornamelijk door lagere energiekosten.

Aan de andere kant wezen de gegevens uit de Verenigde Staten op een vertraging van de economie, nieuws dat in principe misschien welkom was voor de markt, omdat het de mogelijkheid inhield dat de Federal Reserve een rem zou zetten op hogere leningen, maar dat ook herinnerde aan de gevaren van een diepe pauze in de activiteit.

In dit opzicht waren de meest zorgwekkende gegevens het JOLTS-rapport over vacatures, dat uitkwam op het laagste niveau in bijna twee jaar, wat suggereert dat de arbeidsmarkt afkoelt, in combinatie met de maandelijkse indicator voor fabrieksorders, die een groter dan verwachte daling liet zien.

Wall Street ontving dit nieuws neerwaarts en hield de Europese indices tegen, die in de slotfase van de sessie wegliepen van hun dagelijkse highs.

De JOLTS-gegevens waren ook een voorproefje voor de ADP private werkgelegenheidsenquête die woensdag wordt gepubliceerd en het officiële werkgelegenheidsrapport dat vrijdag wordt gepubliceerd. De Federal Reserve zal naar beide cijfers kijken om de gezondheid van de arbeidsmarkt te peilen en daarmee de komende beslissingen over het monetaire beleid te wegen.

Volgens Pablo Gil, marktstrateeg bij XTB Spanje, begint de economie de vruchten te plukken van wat de Fed heeft gezaaid met de renteverhoging.

"De focus van de bezorgdheid zal steeds meer verschuiven van inflatie naar de economische vertraging. De werkloosheid in de VS zal de komende twaalf maanden waarschijnlijk met één procentpunt stijgen, van 3,5% naar 4,5%, hoewel het startpunt zo laag is dat de bezorgdheid op dit moment niet zo groot is," zei hij.

De Spaanse Ibex-35 sloot dinsdag 25,80 punten hoger, een stijging van 0,28%, op 9.183,20 punten, terwijl de FTSE Eurofirst 300 index van grote Europese aandelen 0,04% verloor.

In de bankensector steeg Santander 0,23%, BBVA steeg 1,75%, Caixabank gaf 0,25% prijs, Sabadell steeg 0,85%, Bankinter daalde 0,23% en Unicaja Banco verloor 1,10%.

Onder de grote niet-financiële aandelen daalde Telefónica met 1,25%, Inditex steeg 0,59%, Iberdrola steeg 0,57%, Cellnex steeg 2,84% en oliemaatschappij Repsol verloor 3,22%.

(Verslaggeving door Matteo Allievi; redactie door Tomás Cobos)