De inflatie in de eurozone is de afgelopen maanden sneller gedaald dan velen hadden verwacht, maar de ECB vreest nu dat de prijsgroei de komende maanden zou kunnen schommelen, inclusief de mogelijkheid van een aantal aanzienlijke tijdelijke oplevingen.
"Er is een consensus aan het ontstaan dat we een nogal hobbelige laatste mijl tegemoet gaan," vertelde ze op een conferentie. "De grootste zorg is duidelijk de diensteninflatie."
De inflatie in de dienstensector is het hele jaar blijven steken op 4%, deels dankzij een robuuste groei van het nominale inkomen en een overvloed aan spaargelden van huishoudens die het beschikbare inkomen zelfs tijdens de snelle inflatie bufferden.
De ECB heeft speciale aandacht besteed aan de lonen en zei dat een renteverlaging in juni alleen mogelijk is als de gegevens over het eerste kwartaal bevestigen dat de groei van de arbeidskosten afneemt.
"Een aspect dat we zeer nauwlettend in de gaten houden, is de ontwikkeling van de arbeidskosten per eenheid product," zei Schnabel. "De loonstijging blijft relatief sterk, maar lijkt geleidelijk af te nemen in lijn met onze prognoses."
De ECB heeft bijna een beleidsverruiming op 6 juni beloofd, maar heeft haar opties voor de daaropvolgende maanden opengehouden, en de markten hebben meer dan een volledige renteverlaging ingeprijsd, voornamelijk vanwege de lagere versoepelingsverwachtingen van de Amerikaanse Federal Reserve.
Beleggers verwachten nu slechts 68 basispunten aan renteverlagingen dit jaar, tegen ruim 100 basispunten twee maanden geleden.
Maar Schnabel merkte ook op dat de eurozone nog niet helemaal gerust was.
"Het meest zorgwekkend is de productiviteitsgroei," zei ze. "We hebben nu al verschillende kwartalen een negatieve productiviteitsgroei."
De productiviteit is de afgelopen jaren sterk gedaald, maar sommigen beweren dat dat vooral kwam doordat bedrijven tijdens de recessie arbeid oppotten.
Een erosie van de productiviteit genereert normaal gezien echter inflatoire druk, dus anderen blijven bezorgd dat de bedrijfsmarges waarschijnlijk niet alle loonstijgingen zullen kunnen absorberen en dat de prijzen zullen blijven stijgen. (Verslaggeving door Balazs Koranyi; Bewerking door Alison Williams en Gerry Doyle)
