Volgens de centrale bank is het bruto binnenlands product in de op twee na grootste economie van de eurozone in het vierde kwartaal van vorig jaar waarschijnlijk met ongeveer 0,5% gestegen ten opzichte van de drie voorafgaande maanden, hetgeen een sterke vertraging betekent ten opzichte van het percentage van 2,6% in het derde kwartaal.

"De groeivooruitzichten zijn onderhevig aan talrijke risico's, voornamelijk aan neerwaartse risico's," aldus de centrale bank in haar driemaandelijkse prognosebulletin, waarbij zij opmerkte dat de verslechtering van de COVID-19-situatie het consumentenvertrouwen had geschaad.

De bank liet haar prognose voor de groei in 2021 ongewijzigd op 6,3%, na de recordkrimp van 8,9% in 2020, en zei dat het BBP rond het midden van dit jaar weer op het niveau van voor de pandemie zou komen.

Wat de prijzen betreft, voorspelde het bulletin dat de inflatie van de Italiaanse consumentenprijzen, geharmoniseerd met de EU, dit jaar gemiddeld 3,5% zou bedragen, en in 2023 zou vertragen tot 1,6%.

De werkgelegenheidssituatie in Italië zal naar verwachting slechts marginaal verbeteren. Het bulletin voorspelde dat het gemiddelde werkloosheidscijfer zal dalen van 9,4% vorig jaar tot 9,0% in 2022 en 8,9% in 2023.