De bedrijvigheid in de eurozone is deze maand in het hoogste tempo in een jaar gegroeid, gesteund door een levendige vraag naar diensten, terwijl de productiesector tekenen van herstel vertoonde, zo bleek donderdag uit een voorlopig onderzoek.

De voorlopige samengestelde inkoopmanagersindex (PMI) van HCOB, samengesteld door S&P Global, steeg deze maand naar 52,3, tegen 51,7 in april, waarmee de verwachtingen in een peiling van Reuters voor een bescheidener stijging naar 52,0 werden overtroffen.

Mei was de derde maand boven de 50 die groei van krimp scheidt.

"Dit ziet er zo goed uit als het maar kan. De samengestelde PMI voor mei geeft aan dat er al drie maanden op rij groei is en dat de economie van de eurozone verder aan kracht wint," zei Cyrus de la Rubia, hoofdeconoom bij Hamburg Commercial Bank.

De algemene prijzen stegen in hun traagste tempo sinds november en de index van de afzetprijzen daalde van 53,7 naar 52,5, wat mogelijk de deur opent naar een versoepeling van het beleid door de Europese Centrale Bank.

Er wordt algemeen verwacht dat de beleidsmakers van de ECB de rentetarieven zullen verlagen tijdens hun vergadering begin volgende maand.

De index voor de dominante dienstensector van de 20 landen tellende muntunie bleef steken op het hoogste niveau van april in 11 maanden: 53,3, minder dan de voorspelde 53,5.

De vraag nam toe: de index voor nieuwe productie steeg van 52,8 naar 53,6, de hoogste stand in iets meer dan een jaar.

De PMI voor de verwerkende industrie steeg van 45,7 naar 47,4, het hoogste cijfer in 15 maanden, ruim boven de prognose van 46,2 uit de Reuters peiling. Een subindex die de productie meet, toonde slechts een lichte krimp en steeg van 47,3 naar 49,6.

De toekomstige productie-index steeg van 59,1 naar 60,1, de hoogste stand sinds februari 2022, wat erop wijst dat fabrikanten verwachten dat de omstandigheden zullen verbeteren.