Drie jaar van strenge grenscontroles en verregaande sluitingen tijdens de pandemie hebben het ondernemersvertrouwen in China aangetast, vooral bij buitenlandse bedrijven, zo blijkt uit opiniepeilingen.
China heeft zichzelf een doel gesteld voor de groei van het bruto binnenlands product van ongeveer 5% dit jaar, nadat het zijn doel voor 2022 al ruimschoots had gemist. Dat is lager dan het Internationaal Monetair Fonds en sommige privévoorspellers denken dat het kan bereiken.
NORDEN heeft vier capesize schepen aangekocht en wil in het kader van haar strategie nog meer capesize schepen charteren, zei Jan Rindbo.
"Met de heropening van China na COVID, kunnen we op dit moment in ieder geval zien dat het sentiment en de vraag veel meer door China gedreven wordt dan door het wereldwijde BBP en dat neigt meer naar het capesize segment," vertelde hij aan Reuters.
Capesizes, die tot de grootste droge bulkschepen behoren, vervoeren meestal industriële grondstoffen zoals steenkool en ijzererts en zijn een vitale transportverbinding voor de Chinese handel. Andere grondstoffen zoals bauxiet worden ook steeds meer op capesizes verscheept.
De krappere beschikbaarheid van schepen, als gevolg van een lage orderportefeuille voor het eerst in jaren, heeft ook de vooruitzichten voor de droge bulksector ondersteund.
"We maken ons nog steeds zorgen over de wereldeconomie en de bankencrisis heeft dat beeld er niet beter op gemaakt," zei Rindbo.
"Maar tegelijkertijd hebben we ook het gevoel dat het orderboek erg laag is. Nu de Chinese economie in een hogere versnelling lijkt te komen, is er ruimte voor enig optimisme."
De vloot van NORDEN bestaat gemiddeld uit meer dan 450 schepen, waaronder meer dan 300 droge bulkschepen en meer dan 100 tankers voor olieproducten.
Rindbo zei dat grotere schepen ook "vracht- en emissiebesparingen" opleveren.
