De groep, die namens de V.N. rapporten over rechtenkwesties opstelt, veroordeelde ook wat zij de "standrechtelijke uitzetting van honderden Eritreeërs" door Ethiopië eind juni noemden.
"Collectieve uitzettingen zijn verboden onder internationaal recht," zeiden ze in een verklaring.
"Migranten, vluchtelingen en asielzoekers uitzetten zonder een individuele en objectieve risicobeoordeling uit te voeren van hun blootstelling aan mensenrechtenschendingen, waaronder marteling en gedwongen verdwijning, bij terugkeer is refoulement."
Volgens de internationale mensenrechtenwetgeving garandeert het principe van non-refoulement dat niemand teruggestuurd mag worden naar een land waar hij misbruik of bestraffing zou riskeren.
De officiële mensenrechtencommissie van Ethiopië zei op 24 juni dat ze toezicht hield op de gedwongen terugkeer van ongeveer 200 Eritreeërs.
De Ethiopische Dienst voor Vluchtelingen en Terugkeerders zei vorige maand dat de mensen die gedeporteerd werden geen vluchtelingen of asielzoekers waren - een verklaring die volgens de VN-experts in tegenspraak was met andere betrouwbare bronnen.
"Volgens verschillende geloofwaardige bronnen bestond de groep uit zowel geregistreerde als niet-geregistreerde vluchtelingen en asielzoekers," aldus de verklaring van de deskundigen.
Ethiopische regeringswoordvoerder Legesse Tulu en Tesfahun Gobezay, hoofd van de Ethiopian Refugee and Returnee Service, reageerden niet onmiddellijk op verzoeken om commentaar.
De regering van buurland Eritrea onderwerpt haar bevolking al jaren aan onderdrukking, waaronder dwangarbeid en dienstplicht, en heeft strenge beperkingen opgelegd aan de vrijheid van meningsuiting en godsdienst, waardoor velen zijn gevlucht.
Ethiopië en Eritrea zijn historische tegenstanders, maar Eritrese troepen vochten samen met hun Ethiopische tegenhangers en geallieerde milities in een recent twee jaar durend conflict waarbij Addis Abeba het opnam tegen rebellen in de regio Tigray.
In november ondertekenden de Ethiopische regering en de Tigrayaanse strijdkrachten een overeenkomst om de vijandelijkheden te beëindigen.
