Het lid van de Europese Unie hield zondag zijn vijfde parlementsverkiezingen in twee jaar, maar wantrouwen tussen de pro-westerse hervormingsgezinde partij PP en GERB betekent dat een tijdelijk kabinet of een nieuwe stemming het meest waarschijnlijk zijn vanwege de moeilijkheden om een coalitie met een meerderheid te vormen, aldus analisten.

"De Nationale Raad van de partij heeft besloten dat Wij gaan door met de verandering geen kabinet zal steunen met... de deelname van de politieke partij GERB," vertelde Assen Vassilev, co-leider van PP aan verslaggevers.

"De Nationale Raad draagt de Uitvoerende Raad op om vertegenwoordigers te sturen voor beleidsbesprekingen met alle parlementaire partijen."

De aanhoudende politieke impasse in Bulgarije, die vooral veroorzaakt wordt door persoonlijke vijandigheid tussen de leiders van de twee belangrijkste blokken, heeft het land er al toe gedwongen zijn streefdatum voor de invoering van de euro uit te stellen, en het moet nog een begrotingswet voor 2023 goedkeuren.

Uit voorlopige resultaten blijkt dat GERB 26,5% van de stemmen won, terwijl PP 24,6% kreeg.

De nationalistische partij Revival, die in de oorlog in Oekraïne sympathiseert met de Russische president Vladimir Poetin en gekant is tegen de toetreding van Bulgarije tot de euro, werd zondag derde bij de verkiezingen met 14,2%, een stijging van enkele procentpunten ten opzichte van de vorige stemming in oktober.