89bio, Inc. kondigt aan dat gegevens van de Fase 2b ENLIVEN-studie waarin de behandeling met pegozafermin bij patiënten met niet-alcoholische steatohepatitis (NASH) wordt geëvalueerd, online zijn gepubliceerd in het New England Journal of Medicine (NEJM). De gegevens werden tegelijkertijd gepresenteerd in een late mondelinge sessie op het European Association for the Study of the Liver (EASL) Congress 2023 in Wenen, Oostenrijk en werden ook geselecteerd voor opname in de Best of EASL Congress samenvatting. De gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde 24 weken durende Fase 2b ENLIVEN studie evalueerde 219 volwassen patiënten van wie 192 biopsiebevestigde fibrosestadia F2-F3 NASH en NAS = 4 hadden gedurende 24 weken.

In deze studie resulteerde behandeling met 44 mg elke twee weken (tweede kwartaalW) en 30 mg (QW) doseringsgroepen in statistisch significante veranderingen op beide primaire histologie-eindpunten, waarbij ten minste één stadium verbetering van fibrose werd aangetoond zonder verslechtering van NASH (respectievelijk 27% en 26%) met 3,5 keer het placebopercentage (7%) en oplossing van NASH zonder verslechtering van fibrose (respectievelijk 26% en 23%), tussen 12 en 14 keer het placebopercentage (2%). Behandeling met pegozafermine leidde ook tot klinisch significante veranderingen ten opzichte van de uitgangswaarde in levervet en andere belangrijke niet-invasieve testen (NIT's) van leverontsteking en fibrose. Er werden verbeteringen waargenomen in HbA1c, adiponectine en over lipidemarkers die belangrijke factoren zijn voor een effectieve behandeling van NASH.

Daarnaast werden er verminderingen in lever- en miltvolume waargenomen. Het onderzoek omvatte 14 door biopsie bevestigde NASH-patiënten met gecompenseerde cirrose (F4-patiënten) die geen deel uitmaakten van de primaire analyse, maar verder gingen met het onderzoek. Bij vijf van de elf van deze met pegozafermine behandelde patiënten verbeterde de fibrose =1 stadium zonder verergering van NASH.

Nieuwe resultaten, gepresenteerd op de EASL, toonden aan: Patiënten met een GLP-1-behandeling die pegozafermine kregen, zagen brede incrementele voordelen bij alle levermarkers van fibrose, waaronder de Enhanced Liver Fibrosis (ELF) Test, Vibration-controlled transient elastography en de FibroScan-AST (FAST) score. Er werden verbeteringen waargenomen in levervet, ALT-niveaus en metabole (HbA1c) markers. Bij alle patiënten toonde behandeling met pegozafermine statistisch significante verbeteringen op aanvullende NIT's voor leverontsteking en fibrose, waaronder ELF, FIB-4 index en FAST.

Deze gegevens waren consistent met eerder gerapporteerde markers en bouwen verder op de positieve invloed van pegozafermine op NIT's. Behandeling met pegozafermine was consistent en toonde significant voordeel in het bereiken van verbetering van fibrose bij verschillende belangrijke subpopulaties, waaronder type 2 diabetesstatus, fibrosestadium (F2 of F3) en ALT-niveaus. Er werden geen klinisch relevante veranderingen waargenomen op vitale functies, botbiomarkers of DEXA-scans (dual x-ray absorptiometry).

Pegozafermine liet een gunstig veiligheids- en verdraagbaarheidsprofiel zien dat consistent was met eerdere onderzoeken. In alle dosisgroepen waren de meest voorkomende ongewenste voorvallen (AE's) gastro-intestinale voorvallen van graad 1 of 2 (diarree, misselijkheid en toegenomen eetlust), waarvan de meeste licht tot matig van aard waren. Er werden geen klinisch relevante effecten op DEXA-scans, botbiomarkers of vitale functies waargenomen.

Er werden geen door het geneesmiddel veroorzaakte leverschade, tremor of overgevoeligheidsreacties gemeld.