Eind vorige maand luidde een belangengroep voor de media de noodklok over een hackcampagne die erop gericht was onafhankelijke Hongaarse mediakanalen van het internet te verdrijven.

Zij werden vrijwel onmiddellijk een van de laatste slachtoffers van de hackers.

Het in Wenen gevestigde International Press Institute zei donderdag dat het de afgelopen weken had gevochten tegen een digitale denial-of-service-operatie die het instituut minstens drie dagen offline had gedreven en die nog steeds voortduurt.

"Deze voortdurende cyberaanval is de brutaalste en meest directe aanval op de online infrastructuur van het IPI in de geschiedenis van onze organisatie," zei de groep in een verklaring. "Het weerspiegelt een breder en zeer alarmerend patroon van misbruik van digitale hulpmiddelen door kwaadwillende actoren om kritische journalisten en degenen die werken om hen te verdedigen aan te vallen en het zwijgen op te leggen."

Het instituut zei dat de hack "een vergelding" lijkt te zijn voor zijn belangenbehartigingswerk in Hongarije, waar de afgelopen maanden meer dan 40 mediawebsites getroffen zijn door denial of service. Denial of Service, dat werkt door servers te overspoelen met malafide webverkeer, kan websites effectief offline halen, waardoor het een "vorm van digitale censuur" wordt, aldus het Instituut.

Het instituut heeft sindsdien het digitale verdedigingsbedrijf Cloudflare Inc. ingeschakeld om te helpen zijn site online te houden, aldus het instituut. Het riep de Hongaarse autoriteiten op om de verantwoordelijke hackers te identificeren en ter verantwoording te roepen.

De Hongaarse autoriteiten reageerden niet onmiddellijk op een e-mail waarin om commentaar op de hackcampagne werd gevraagd.