Europa wordt geconfronteerd met mogelijke energierantsoenering en stroomuitval in de nasleep van de oorlog in Oekraïne, waardoor sommige belangrijke diensten zoals noodoproepen en infrastructuur zoals telecomnetwerken deze winter op de proef worden gesteld.

Enkele van Europa's topmanagers in de telecomsector, waaronder de baas van Orange, hebben onlangs hun bezorgdheid hierover geuit.

De gezamenlijke brief die maandag is verstuurd, is de eerste formele stap van de Europese Telecommunicatie Netwerk Operators (ETNO) en de European Emergency Number Association (EENA) om druk uit te oefenen op het uitvoerend orgaan van de Europese Unie om in te grijpen.

ETNO vertegenwoordigt voormalige telefoonmonopolies zoals het Duitse Deutsche Telekom, het Spaanse Telefonica en Telecom Italia, terwijl EENA meer dan 1500 vertegenwoordigers van hulpdiensten uit meer dan 80 landen vertegenwoordigt.

"Als telecommunicatienetwerken onderhevig zijn aan geplande onderbrekingen, lopen burgers het risico dat ze geen toegang hebben tot communicatiediensten voor de duur van de onderbreking, inclusief noodcommunicatie," aldus de brief die ondertekend is door de hoofden van EENA en ETNO.

Als er tijdens de winter gerantsoeneerd wordt, zouden bepaalde diensten zoals ziekenhuizen, politiediensten en voedselproductiefaciliteiten volgens de huidige plannen voorrang krijgen om ervoor te zorgen dat er zo min mogelijk gevolgen zijn als er een stroomstoring optreedt.

De meeste Public Safety Answering Points (PSAP's) - callcenters die noodoproepen doorverbinden - zijn al aangemerkt als kritieke infrastructuur, aldus de brief, wat betekent dat alle redelijke maatregelen genomen zullen worden om ervoor te zorgen dat ze niet getroffen worden door stroomuitval.

Maar hulpdiensten en telecomoperatoren zijn bezorgd dat telecominfrastructuur, die voor haar werking afhankelijk is van een aansluiting op het elektriciteitsnet, in sommige landen niet als kritieke infrastructuur wordt aangemerkt.

"Wij zijn bezorgd dat telecommunicatienetwerken niet op de lijst van prioritaire sectoren zijn geplaatst," zei EENA, dat de Europese Commissie opriep om er samen met de lidstaten voor te zorgen dat de energietoevoer naar de netwerken op peil blijft als er stroomuitval optreedt, zodat burgers toegang hebben tot de hulpdiensten.

EENA legde deze zorgen ook vast in een verklaring op haar website nadat Reuters in september meldde dat functionarissen uit de telecomsector vreesden dat het elektriciteitsnet de stroomrantsoenering niet zou aankunnen.

De brief werd gestuurd naar Ditte Juul Jorgensen, directeur-generaal van de afdeling energie van de EU-Commissie, en haar tegenhanger bij de afdeling communicatienetwerken, Roberto Viola.

De Commissie reageerde niet onmiddellijk op een verzoek om commentaar.

KOSTBAAR EN KWETSBAAR

In de brief van maandag benadrukten EENA en ETNO ook dat alle back-upoplossingen duur en kwetsbaar zijn.

"Onze ervaring is dat batterijen en dieselgeneratoren in mobiele basisstations een gemakkelijk doelwit zijn voor vandalisme en diefstal, en dat de onderhoudskosten hoog zijn", aldus de brief.

"Uitbreiding van de huidige beperkte eigen back-up energievoorziening van telecommunicatienetwerken is geen optie, omdat dit niet alleen extreem duur zou zijn, maar ook omdat een dergelijke uitbreiding jaren zou duren," stond er.

Frankrijk, Zweden en Duitsland proberen ervoor te zorgen dat de communicatie door kan gaan, zelfs als stroomstoringen de back-upbatterijen uitputten die geïnstalleerd zijn op de duizenden mobiele antennes die over hun grondgebied verspreid staan.

Maar momenteel zijn er in veel Europese landen niet genoeg back-upsystemen om wijdverspreide stroomstoringen op te vangen, aldus bronnen in de telecomindustrie.

Europa heeft bijna een half miljoen telecommunicatietorens, en de meeste daarvan hebben noodbatterijen voor de mobiele antennes die ongeveer 30 minuten meegaan.