Noranda Income Fund heeft de productietarieven voor het volledige jaar 2022 herzien. Het fonds heeft zijn jaarlijkse productie- en verkoopdoelstelling bijgesteld tot tussen 225.000 en 240.000 ton zink, van zijn eerder bekendgemaakte doelstelling van 8 april 2022 van tussen 255.000 en 265.000 ton. De neerwaartse bijstelling van de jaarlijkse productie- en verkooprichtlijnen weerspiegelt de aanhoudende problemen op het gebied van arbeidskrachten, die resulteren in minder personeel en ervaring van de operators, alsmede een groter personeelsverloop.

Zij weerspiegelt ook een verdere verslechtering van de werkomstandigheden in de cellijnen en de prestaties van de uitrusting in het tweede kwartaal van 2022, wat tot een lagere productie en verkoop heeft geleid. Dit omvatte een geplande stillegging van het cellenhuis in juni die veel langer duurde dan verwacht en die vervolgens de operationele efficiëntie gedurende een deel van de maand negatief beïnvloedde. De corrigerende maatregelen die in het eerste kwartaal van 2022 ten uitvoer zijn gelegd, zijn nog niet volledig verwezenlijkt.

Wat de verslechtering van de werking van het cellenhuis en de kwetsbaarheid van de uitrusting betreft, evalueert het management zorgvuldig de mogelijke kapitaalinvesteringen die nodig zijn om deze onderliggende problemen aan te pakken. Het vermogen van het Fonds om de ondergrens van zijn herziene richtsnoer te bereiken hangt af van de handhaving van het huidige productietempo tot het einde van het jaar. Of het Fonds het hoogste segment van de herziene richtsnoer zal halen, hangt af van de vraag of de verwerkingsinstallatie erin slaagt de problemen met de arbeidskrachten op te lossen en de operationele efficiëntie voor het eind van het jaar te verbeteren.

Het vermogen van het Fonds om zijn herziene richtsnoer te bereiken is onderhevig aan een aantal risico's en onzekerheden, waaronder, maar niet beperkt tot, aanhoudende beperkingen inzake de beschikbaarheid van arbeidskrachten, een groter personeelsverloop, een verdere verslechtering van de werking van de celhouse en storingen in de uitrusting, ongeplande onderhoudsbeurten, en een verhoogd absenteïsme als gevolg van een mogelijke nieuwe golf van COVID-19, naast andere factoren.