Northland Power Inc. en RWE Renewables GmbH versterken hun positie op de Duitse offshore windmarkt door een overeenkomst voor de gezamenlijke ontwikkeling van een cluster van offshore windprojecten in de Duitse Noordzee met een totale brutocapaciteit van 1,3 gigawatt (GW). De partners hebben een overeenkomst ondertekend om een joint venture op te richten waarmee ze de cluster van drie offshore-windprojecten gezamenlijk willen ontwikkelen, bouwen en exploiteren. Het cluster zal de 433 MW-locatie N-3.8 (Nordsee 2), de 420 MW-locatie N-3.5 (Nordsee 3) en de 480 MW-locatie N-3.6 (Delta Nordsee) omvatten. Naast haar positie in de N-3.8 (Nordsee 2) en N-3.5 (Nordsee 3) locaties zal Northland ook toegang krijgen tot de N-3.6 (Delta Nordsee) locatie, waarvoor RWE step-in rechten heeft voor 100% van de lease, terwijl tegelijkertijd RWE haar positie in de N-3.8 (Nordsee 2) en N-3.5 (Nordsee 3) locaties zal vergroten. Verwacht wordt dat de omvang en schaalgrootte die uit de vorming van het cluster voortvloeien, het samenwerkingsverband in staat zullen stellen synergieën te ontsluiten. Meer in het bijzonder wordt verwacht dat de realisatie van synergieën op het gebied van ontwikkelings- en bouwkosten, alsmede op het gebied van exploitatiekosten, zal resulteren in een hoger rendement van de projecten. Northland zal ook profiteren van verbeterde afnamemogelijkheden door de vorming van het samenwerkingsverband en het cluster om afnameovereenkomsten voor de projecten veilig te stellen, zodra deze voltooid zijn. Het cluster zal zich in de nabijheid bevinden van de bestaande 332 MW Nordsee One-windfaciliteit waarin Northland en RWE reeds partners zijn. Northland en RWE hebben step-in-rechten voor N-3.8 (Nordsee 2) en N-3.5 (Nordsee 3), terwijl RWE step-in-rechten heeft voor de lease van N-3.6 (Delta Nordsee). Begin november hebben de partners hun step-in-rechten voor N-3.8 (Nordsee 2) uitgeoefend, waardoor zij het toegewezen bod in de veiling konden evenaren en de lease konden behouden. De resterende leases zullen in 2023 worden geveild. Voor beide locaties bezit de joint venture step-in rechten. Northland zal een belang van 49% hebben in de nieuwe joint venture, terwijl RWE een belang van 51% zal hebben. De projecten zullen door beide partijen gezamenlijk worden ontwikkeld en beheerd en zullen naar verwachting tussen 2026 en 2028 commercieel operationeel worden.