Dat blijkt alvast uit de kwartaalresultaten van Trigano, die gisteren werden gepubliceerd. Waar Thor Industries en Winnebago plotseling in een zwart gat vallen, toont Trigano een verkoopgroei van 8,4 %, waarvan de helft afkomstig is van overnames.

Ondanks de inflatoire context van het jaar, ziet de groep af van aanzienlijke prijsverhogingen - en dus van wat winstmarge - om zijn distributeurs niet te ontstemmen. Deze slimme commerciële strategie wordt goed ontvangen door de markt, zodat de orderboeken van Trigano vol blijven voor het boekjaar 2023-2024.

De groep zou dit jaar een omzet van meer dan 3,5 miljard € moeten halen. Het jaar zal een uitzonderlijke cyclus afsluiten: van het einde van de eurozonecrisis tot de heropening na de pandemie, tussen 2012 en 2022, heeft Trigano zijn verkoop verviervoudigd en zijn nettowinst zien stijgen van 15 miljoen € naar 279 miljoen € - en dat allemaal door zijn groei volledig zelf te financieren.

Dit is te danken aan een bedrijfsmodel dat zeer weinig kapitaalintensief is - in tegenstelling tot wat men zou denken - en aan het vermogen om de productie aan te passen aan de vraag. De productie van recreatievoertuigen is immers meer een eenvoudige assemblage dan een zwaar industriële activiteit. De groep kan zo door de conjunctuur navigeren en de schade beperken.

Vooral de buitengewone groei is grotendeels te danken aan een opmerkelijk goed uitgevoerde overnamestrategie. In alle sectoren is het moeilijk om bedrijven te vinden die zulke rendementen op investeringen kunnen genereren bij fusies en acquisities. In dat opzicht is Trigano een schoolvoorbeeld.

De Feuillet-familiegroep blijft gewaardeerd op zijn laagste niveau in tien jaar - dat wil zeggen minder dan 5 keer de ebitda, net als in 2020 aan het begin van de pandemie, of acht jaar eerder toen de economie van de eurozone op zijn dieptepunt was. Beleggers anticiperen duidelijk een naderende recessie.

De waardering heeft zich telkens snel hersteld nadat deze het laagste punt bereikte. Zal het dit keer anders zijn?