Elizabeth Rosenberg, assistent-secretaris voor terrorismefinanciering en financiële misdrijven, en Eric Van Nostrand, assistent-secretaris voor economisch beleid, reizen op 18 december naar Brussel en op 19-20 december naar Londen.
"Ze zullen het volledige scala aan beleidsopties met betrekking tot de prijsplafonds bespreken, waaronder recente stappen die zijn genomen door zowel de VS, de EU en andere coalitieleden," vertelde een bron die bekend is met de reis aan Reuters.
De reis komt nadat landen in de Europese Unie op donderdag overeenstemming bereikten over een 12e pakket sancties tegen Rusland, waaronder het aanscherpen van het bewijs dat wordt gevraagd van bedrijven die beweren dat ze zich houden aan het prijsplafond van de Groep van Zeven voor Russische olie.
Eind december vorig jaar stelde het Westen een prijsplafond van $60 in op de export van Russische olie over zee, als onderdeel van sancties om Moskou te straffen voor zijn oorlog tegen Oekraïne. Het mechanisme verbiedt Westerse bedrijven om maritieme diensten te verlenen, waaronder financiering, verzekering en verscheping voor olie die boven de limiet verkocht wordt.
De bovengrens heeft Rusland gedwongen om zijn olieverkoop te verplaatsen naar landen die veel verder weg liggen, zoals China en India, en om te investeren in een "spookvloot" van verouderde tankers.
Het ministerie van Financiën haalde een berekening van analist Jeffrey Sonnenfeld aan, waarin staat dat de kosten voor export buiten de limiet $36 per vat bedragen, waardoor Rusland minder geld kan uitgeven aan wapens in de oorlog. Rusland heeft een deel van de gevolgen van de sancties kunnen omzeilen toen de olieprijs dit jaar steeg.
Het Amerikaanse ministerie van Financiën begon het plafond in oktober af te dwingen door de eerste sancties op te leggen aan eigenaars van tankers die Russische olie vervoerden waarvan de prijs boven het plafond lag. Het nam vergelijkbare maatregelen in november en december.
