De groei van China stagneert. De bevolking krimpt, de vastgoedmarkt zit in een ernstige crisis en de export wordt belemmerd door Amerikaanse importtarieven en een afkoelende wereldeconomie. Deflatoire druk wordt een groot probleem, buitenlandse investeringen stagneren en de aandelenmarkten wachten al enkele maanden op een nieuwe impuls.

Iedereen die een rol speelt in het economische landschap hoopt dat Beijing de geldpers zal aanzetten om het land uit het slop te trekken, zoals de leiders enkele jaren geleden probeerden te doen bij het begin van de vastgoedcrisis. Ze zullen waarschijnlijk teleurgesteld worden.

Xi Jinping bood al weerstand tegen de initiële klaagzangen van zijn generaals en de markten om het herstel te stimuleren, en zal waarschijnlijk zijn inspanningen richten op industriële heropleving, wetenschappelijk en technisch onderzoek, en geopolitieke doelstellingen. Volgens specialisten valt er weinig te verwachten op het gebied van aandelenmarkten, infrastructuur, export of revitalisering van de vastgoedmarkt. Bovendien heeft het NPC weinig overtuigingskracht of actiemogelijkheden en speelt het vooral een publieke rol in het goedkeuren van belangrijke beleidsbeslissingen.

Er is echter ook goed nieuws voor de leiders van het land. De groei van het land zou dit jaar moeten herstellen: Beijing mikt op een ambitieuze 5 %, ook al is dat het laagste niveau in jaren. Een agressief fiscaal beleid en een zachte heropleving van consumptie en inflatie (verwacht: rond de 3 %) moeten een handje helpen. De import- en exportcijfers die vanochtend zijn gepubliceerd, hebben de spanningen aanzienlijk verlicht en bevestigen de terugkeer van de internationale vraag. Ten slotte kan Xi Jinping op elk moment besluiten het begrotingstekort te verhogen, om de meest noodlijdende sectoren te hulp te komen.

Tekening door Amandine Victor