UNRWA werd opgericht om vluchtelingen van de oorlog van 1948 bij de oprichting van Israël te helpen en biedt onderwijs, gezondheidszorg en hulp aan Palestijnen in Gaza, de Westelijke Jordaanoever, Jordanië, Syrië en Libanon. De organisatie helpt ongeveer twee derde van de 2,3 miljoen inwoners van Gaza en heeft tijdens de huidige oorlog een centrale rol gespeeld in de hulpverlening.
De Verenigde Staten, Australië en Canada hadden hun financiering aan de hulporganisatie al opgeschort nadat Israël had gezegd dat 12 UNRWA-medewerkers betrokken waren bij de grensoverschrijdende aanval. Het agentschap heeft een onderzoek ingesteld naar verschillende medewerkers en de banden met hen verbroken.
Het Palestijnse ministerie van Buitenlandse Zaken bekritiseerde wat het omschreef als een Israëlische campagne tegen UNRWA, en de militante groep Hamas veroordeelde de beëindiging van de contracten van werknemers "op basis van informatie afkomstig van de Zionistische vijand."
Het Britse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dat het de financiering van UNRWA tijdelijk opschortte terwijl de beschuldigingen werden herzien en merkte op dat Londen de aanvallen van 7 oktober had veroordeeld als "afschuwelijk" terrorisme.
"De Italiaanse regering heeft de financiering van de UNRWA opgeschort na de gruwelijke aanval op Israël op 7 oktober," zei minister van Buitenlandse Zaken Antonio Tajani op het sociale mediaplatform X.
Finland zei ook dat het de financiering heeft opgeschort.
Hussein al-Sheikh, hoofd van het overkoepelende politieke orgaan van de Palestijnen, de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO), zei dat het stopzetten van de steun grote politieke en hulpverleningsrisico's met zich meebracht.
"We roepen landen die hebben aangekondigd hun steun aan UNRWA stop te zetten op om hun beslissing onmiddellijk terug te draaien," zei hij op X.
