Het grootste meubelmerk ter wereld zet ook alle inkoop in het land en bondgenoot Wit-Rusland op pauze.

De aankondiging van donderdag (3 maart) kwam nadat de manager detailhandel van IKEA eigenaar Ingka Group aan Reuters had verteld dat het nu verwachtte de prijzen dit fiscale jaar met gemiddeld 12% te moeten verhogen, te midden van stijgende grondstofkosten en verstoringen in de aanvoerketen.

Terwijl een hele reeks internationale bedrijven hun activiteiten in Rusland reeds hebben stopgezet, is IKEA een van de eersten die ook de handel met Wit-Rusland heeft stopgezet.

Het land is voor de meubelgigant louter een inkoopmarkt; het heeft er geen winkels.

In het jaar tot en met augustus van vorig jaar was Rusland de tiende grootste markt voor IKEA, met een detailhandelsomzet van 1,8 miljard dollar.

IKEA produceert ook spaanplaten en producten op houtbasis in drie vestigingen in Rusland, en heeft ongeveer 50 rechtstreekse leveranciers in het land die een breed scala van goederen voor de binnenlandse markt produceren.

Het grootste deel van de in Rusland gemaakte producten wordt in het land verkocht.

Het besluit om de activiteiten in Rusland te pauzeren heeft gevolgen voor 15.000 werknemers, maar de Ingka Groep zegt dat al het personeel, in roebels, betaald zou krijgen voor ten minste de komende drie maanden.