Een blik op de komende dag op de Europese en wereldwijde markten van Wayne Cole

Deze week draait alles om inflatie: de markten houden rekening met een opwaarts risico voor de kernwaarden in de VS en een neerwaartse kans voor de Europese en Japanse consumentenprijzen.

De door de Federal Reserve geprefereerde kernmeting van de prijzen van de persoonlijke consumptieve bestedingen (PCE) zal naar verwachting met 0,4% stijgen, met een risico van 0,5% m/m, terwijl de markten nog niet zo lang geleden hoopten op een mooie, tamme stijging van 0,2%.

Een deel hiervan is het "januari-effect", waarbij de prijzen voor veel goederen en diensten aan het begin van het jaar stijgen, met name voor gezondheidszorg. De hausse op Wall Street zal ook een rol spelen door de kosten van portefeuillebeheer op te drijven.

De PCE-maatstaf voor de kerndiensten exclusief huisvesting, waar Fed-leden graag naar verwijzen, zou wel eens met 0,6% m/m kunnen stijgen, wat de grootste stijging is sinds december 2021.

Het zesmaands tempo op jaarbasis zou zo kunnen oplopen tot ongeveer 2,5%, na twee maanden net onder de 2% te hebben gelegen. Dat is een belangrijke reden waarom de markt het verwachte tijdstip van de eerste renteverlaging door de Fed heeft opgeschoven van mei naar juni.

Er zijn deze week minstens 10 Fed-sprekers, waaronder de invloedrijke New York Fed-chef John Williams, terwijl voorzitter Powell op 7 maart zijn getuigenis geeft in de Senaat.

De CPI voor de Europese Unie zal vrijdag naar verwachting vertragen van 2,8% naar 2,5%, met een kernindex van 2,9% versus 3,3%. Dit zal er bijna zeker toe leiden dat de ECB tijdens haar vergadering in maart haar inflatieverwachtingen verlaagt, hoewel de markt bijna geen kans ziet op een renteverlaging dan. De waarschijnlijkheid voor futures is ongeveer één op drie voor een verruiming in april, en bijna volledig ingeprijsd voor juni.

De inflatierapporten van Duitsland, Frankrijk en Spanje van donderdag zullen dienen als voorgerecht voor het hoofdfeest.

De Japanse CPI komt dinsdag uit en zal naar verwachting vertragen van 2,3% in december tot 1,8% op jaarbasis, hoewel de kernmeting op 3,3% wordt geschat en nog steeds boven de doelstelling van 2% van de Bank of Japan ligt.

Een dergelijke vertraging van de inflatie lijkt te pleiten tegen een verkrapping van het beleid, maar functionarissen van de Bank of Japan leggen meer nadruk op stijgende lonen, waardoor de markten wedden dat de rente in maart of april van de huidige -0,1% naar nul zal gaan.

De markt voor schatkistpapier staat ook voor een zware week van nieuw aanbod met $127 miljard aan twee- en vijfjaars obligaties die later op maandag moeten verschijnen, en nog eens $42 miljard aan zevenjaars papier dat op dinsdag moet verschijnen.

En er is een niet-triviaal risico dat sommige Amerikaanse overheidsinstanties worden stilgelegd als het Congres het vrijdag niet eens kan worden over een verlenging van de leningen.

Vrijdag komt de PMI voor China van februari uit, waar analisten een lichte verbetering tot 49,5 voorspellen, terwijl de Amerikaanse ISM-enquête voor de verwerkende industrie ook een stijging tot 49,5 voorspelt.

Belangrijkste ontwikkelingen die de markten maandag zouden kunnen beïnvloeden:

- UK CBI Distributive Trades voor februari

- Vicegouverneur Sarah Breeden en hoofdeconoom Huw Pill van de Bank of England spreken.

- Deelname van ECB-president Christine Lagarde aan plenair debat over het ECB-jaarverslag

- Voorzitter Jeffrey Schmid van de Fed Bank of Kansas City spreekt over de economische en monetaire beleidsvooruitzichten