Laten we beginnen met een korte definitie. De rentecurve, of rendementscurve, toont de relatie tussen de rente (of het rendement) van staatsobligaties (of andere schuldinstrumenten) en hun looptijd. Met andere woorden, de curve leert ons hoeveel rendement beleggers eisen voor het uitlenen van geld over verschillende periodes (te weten kort, middellang en lang).

Er zijn drie vormen van rentecurves:

  • de normale of stijgende rentecurve
  • de vlakke rentecurve
  • de omgekeerde of dalende rentecurve

Laten we elk van deze drie mogelijkheden in detail bekijken en ze in hun macro-economische context plaatsen.

De stijgende rentecurve

Dit is de zogenaamde normale situatie waarbij de curve van links naar rechts stijgt. De kortetermijnrente is lager dan de langetermijnrente. Dit weerspiegelt doorgaans een gezonde groeiende economie, waar beleggers hogere langetermijnrentes verwachten vanwege verwachte inflatie en economische expansie. Centrale banken kunnen de kortetermijnrente verhogen om oververhitting van de economie te voorkomen.

Beleggingsstrategie: beleggers geven de voorkeur aan langetermijnbeleggingen voor hogere rendementen.

De vlakke rentecurve

De curve is relatief vlak over alle looptijden. Dit kan wijzen op economische onzekerheid of een overgang tussen verschillende economische fasen. Beleggers hebben geen duidelijke voorkeur voor kort of lang, vaak vanwege onzekerheden over de economische toekomst.

Beleggingsstrategie: beleggers kunnen voorzichtiger zijn en hun beleggingen diversifiëren tussen kort en lang.

De omgekeerde rentecurve

De curve daalt van links naar rechts. De kortetermijnrente is hoger dan de langetermijnrente. Een omgekeerde rentecurve wordt vaak gezien als een voorbode van recessie. Het weerspiegelt een verwachting van dalende langetermijnrentes door pessimistische economische vooruitzichten. Dit is momenteel het geval in de Verenigde Staten.

Beleggingsstrategie: beleggers vermijden langetermijnobligaties die minder opleveren dan kortetermijnobligaties. Op de aandelenmarkt letten ze op duidelijke tekenen van recessie (stijgende werkloosheid, dalende consumptie, dalende economische indicatoren) die zich vertalen in negatieve koersbewegingen op de indices (S&P 500 en Nasdaq 100 voorop) voordat ze de nodige aanpassingen doen ten gunste van defensieve waarden.

Je vindt deze functie hier.

In ons volgende nummer bespreken we de begrippen steilheid en afvlakking van de curve en hun implicaties.