K+S Group rapporteerde de winstresultaten voor het derde kwartaal en de negen maanden van 2016. Het bedrijf rapporteerde een daling van de inkomsten met 22,8% j-o-j tot 688 miljoen in het derde kwartaal van 2016 tegen 891 miljoen een jaar geleden, te wijten aan lagere prijzen bij zijn business unit potas- en magnesiumproducten. Het bedrijfsresultaat bedroeg 31 miljoen, tegen 132 miljoen een jaar geleden. De winst van het bedrijf in het derde kwartaal werd zwaar gedrukt door aanhoudende productiebeperkingen in zijn fabriek in Werra. Over de eerste negen maanden rapporteerde het bedrijf een daling van de inkomsten met 22% tot 2,5 miljard tegenover 3,2 miljard een jaar geleden. Naast een lager prijsniveau in de business unit Potash and Magnesium Products, hebben de productiebeperkingen in de fabriek in Werra de meeste impact gehad. De zachte winter 2015/16 leidde ook tot voorzichtige vroege stortingen van dooizout. De zoutactiviteiten voor consumenten, voedselverwerking en voor industrieel en chemisch gebruik lieten daarentegen positieve resultaten zien. Het bedrijfsresultaat daalde in de eerste negen maanden van 2016 dan ook met 68% tot 202 miljoen tegenover 628 miljoen een jaar geleden. Bij het lozen van productiewater en afvalwater moet nauwlettend rekening worden gehouden met het waterdebiet in de rivier de Werra. Hoeveel er op welk moment in de rivier mag worden geloosd, wordt bepaald door de officiële drempelwaarden. Als het waterdebiet laag is, kan minder afvalwater worden geloosd. Ondanks een efficiënt afvalwaterbeheer in de fabriek te Werra, waarbij gebruik wordt gemaakt van de beschikbare opslagbekkens, kunnen verdere productiebeperkingen voor de rest van het jaar niet worden uitgesloten. In het licht hiervan wordt nu voor heel 2016 een EBITDA tussen 500 miljoen en 560 miljoen (voorheen tussen 500 miljoen en 600 miljoen) en een EBIT I tussen 200 miljoen en 260 miljoen (voorheen tussen 200 miljoen en 300 miljoen) verwacht.