Regency Silver Corp. kondigde aan dat 2 vervolgboringen down-dip van boring REG-22-01 een sulfide-speculariet ondersteunde breccia hebben ontdekt die vergelijkbaar is met de breccia die Au-Cu-Ag-mineralen bevat in REG-22-01. REG-22-01 leverde 35,8 meter goud van 6,84 g/t, 0,88% koper en 21,82 g/t zilver op, samen met 13,97 g/t Au, 50,25 g/t Ag en 1,11% Cu over 9,8 m. Het vervolgboorprogramma begon op 15 januari 2023.

Tot op heden zijn er drie boringen voltooid met een totaal van 1.974 m. De locatie van de boorgaten is te zien op de plattegrond. Boring 4 van het programma is momenteel bezig om de continuïteit van de breccia 50m naar het westen te zoeken.

De onderneming beschikt momenteel niet over analyseresultaten voor de intervallen uit het boorprogramma van 2023, dus voorzichtigheid is geboden bij het vergelijken van de potentiële kwaliteit van deze intersecties met REG- 22-01. Qua geologie, alteratie, minerale soorten en overvloed lijken de zones echter gunstig te vergelijken. REG-23-13, geboord op 67 m boven de dip van REG-22-01, heeft niet dezelfde breccialichaam aangetroffen als de andere 3 boringen.

De geologie en alteratie in het gebied van de verwachte uitbreiding van de zone naar boven lijkt echter consistent te blijven. Het gebied heeft ook lokale pyriet, speculariet en chalcopyriet, maar de betekenis van deze zones kan op dit moment niet worden vastgesteld. De locatie van de boringen ten opzichte van REG-22-01 is te vinden op de dwarsdoorsnede.

De geologische kennis van het gebied en de controle op de mineralisatie blijft zich ontwikkelen. Bij de herevaluatie van REG-22-01 werd een niet eerder herkende veldspaat-megacrystische kwarts-veldspaat porfierintrusie ontdekt die stratigrafisch boven de mineralisatie in REG-22-01 ligt. Deze intrusie wordt aangetroffen in beide boringen REG-23-14 en REG-23-15, waarbij in REG-23-13 een mogelijk smallere, fijner gekorrelde variant is geïdentificeerd.

De huidige hypothese is dat deze eenheid een belangrijke rol speelt in de locatie en verspreiding van de mineralisatie. De mogelijkheid om deze eenheid in de toekomst te identificeren is een uiterst waardevol hulpmiddel bij de oriëntatie naar aanvullende zones van mineralisatie. Verder bevestigt de verspreiding van de porfier en de gemineraliseerde brecciazones de hypothese dat de gemineraliseerde zones ondiep naar het noorden aflopen, waarbij de breedte van de brecciazone ook lijkt toe te nemen met de diepte.

Van belang is ook dat we een variatie zien in de samenstelling van mineralen naarmate de diepte toeneemt. Breccia's in REG-22-01 en REG-23-14 zijn overwegend pyriet>speculariet>chalcopyriet, maar de bredere brecciazone in REG-23-15 is duidelijk speculariet>pyriet>chalcopyriet. De alteratie in de zones blijft consistent en bestaat voornamelijk uit silica en witte mica.

Het IP-programma voor Dios Padre is voor ~75% voltooid. Het bedrijf verwacht de volledige resultaten van het programma met interpretatie voor eind maart.