De Spaanse Ibex-35 aandelenindex opende vrijdag op de hoogste niveaus sinds 21 februari 2020, net voor de COVID-19 opsluiting in het Westen, en stevende af op een stijging van meer dan 5% in juni, de grootste maandelijkse stijging sinds januari.

De belangrijkste factor die aandelen hielp, was de hoop op verdere economische stimuleringsmaatregelen van de autoriteiten in Peking na zwakke macro-economische cijfers in China.

De richting van de dag zou echter kunnen worden bepaald door prijsnieuws uit de eurozone en de VS, nu de markt zich aanpast aan het vooruitzicht van verdere renteverhogingen om de inflatie te bestrijden.

Om 0900 GMT wordt de CPI voor de eurozone gepubliceerd, die volgens analisten van Renta 4, ondanks de matiging in het algemene cijfer, een opleving zou kunnen laten zien in het onderliggende cijfer, exclusief verse voedingsmiddelen en energie.

Later, om 1230 GMT, verschijnt de door de Federal Reserve (Fed) geprefereerde maatstaf voor inflatie, de kerndeflator voor de particuliere consumptie, "die in mei stabiel zou kunnen blijven op een nog steeds hoog niveau (4,7%)", aldus analisten van Renta 4, die er samengevat op wijzen dat "de prijsniveaus (...) de ECB en de Fed onder druk zullen blijven zetten".

Om 0715 GMT op vrijdag steeg de selectieve Spaanse aandelenmarkt Ibex-35 met 29,10 punten, of 0,31%, tot 9.539,70 punten, terwijl de FTSE Eurofirst 300 index van grote Europese aandelen met 0,36% steeg.

In de eerste helft van het jaar steeg de Spaanse selectieve index met bijna 16%, terwijl het derde kwartaal positief kon worden afgesloten met een herwaardering van 3,39% in de laatste drie maanden.

In de banksector steeg Santander met 0,96%, BBVA met 0,20%, Caixabank met 0,32%, Sabadell met 0,76%, Bankinter met 0,57% en Unicaja Banco met 0,63%.

Onder de grote niet-financiële aandelen steeg Telefónica 0,19%, Inditex daalde 0,46%, Iberdrola steeg 0,34%, Cellnex steeg 0,55% en oliemaatschappij Repsol steeg 0,56%.

(Informatie door Tomás Cobos; bewerkt door Benjamín Mejías Valencia)